„Myanmar probeert alle burgers te beschermen”
De autoriteiten in Myanmar proberen iedereen te beschermen in de conflictregio Rakhine. Dat zei de Myanmarese leider Aung San Suu Kyi, die verder niet sprak over de massale uittocht van Rohingya-moslims uit dat gebied.
Sinds de jongste uitbraak van geweld op 25 augustus begon, zijn naar schatting al zo’n 164.000 Rohingya naar buurland Bangladesh gevlucht. Het kwam Suu Kyi, die is onderscheiden met de Nobelprijs voor de Vrede, op veel internationale kritiek te staan.
De Myanmarese leider benadrukte donderdag in een interview dat „we ons best doen om te zorgen dat iedereen recht heeft op bescherming door de wet”. Ze zei ook dat „onze middelen niet zo compleet en toereikend zijn als we zouden willen”.
Rohingya claimen juist te zijn gevlucht voor de autoriteiten in hun thuisland. Vluchtelingen vertelden persbureau Reuters dat ze met geweld zijn verdreven uit hun dorp Kha Maung Seik. „Het leger bracht boeddhisten uit Rakhine mee. Ze staken ons dorp in brand”, zei een 55-jarige man.
„Alle moslims in ons dorp, ongeveer 10.000, zijn gevlucht. Sommigen werden doodgeschoten. De rest kwam hier. Er is daar niemand meer over”, aldus de vluchteling.