België legt CETA-verdrag voor aan EU-hof
België wil van het Europees Hof van Justitie weten of het handelsverdrag tussen de EU en Canada (CETA) niet in strijd is met de Europese verdragen. Het wil met name een oordeel over het omstreden systeem voor conflictbeslechting, het zogenoemde Investment Court System (ICS), dat in CETA is opgenomen.
Vicepremier Didier Reynders maakte woendag bekend het hof om advies te vragen. De stap volgt uit het verzet tegen CETA van de inmiddels afgetreden Waalse premier Paul Magnette. Hij stemde vorig jaar oktober in met het verdrag op voorwaarde dat het hof zou oordelen over het geschillenbeslechtingssysteem tussen staten en investeerders.
Critici, waaronder linkse politici, vakbonden en milieu-organisaties, vinden dat grote ondernemingen in dit systeem te veel mogelijkheden krijgen om overheden juridisch aan te pakken.
CETA wordt voorlopig van kracht op 21 september. Het gaat dan met name om de handelsbepalingen. Onder meer het ICS treedt nog niet in werking. Dat gebeurt pas als alle EU-lidstaten CETA hebben geratificeerd.
De organisaties foodwatch, Milieudefensie, Greenpeace en Transnational Institute reageren verheugd op het Belgische besluit. „Wij hebben ook in Nederland meermaals gevraagd om deze toets. Het is heel goed dat België dat nu wel doet, we dreigen een verdrag ingerommeld te worden waarvan we de gevolgen niet kunnen overzien. Wij vinden het dus onverantwoord dat een groot deel van dit verdrag al over twee weken voorlopig in werking treedt, voor onze Tweede Kamer erover besloten heeft”, liet een woordvoerder weten namens de organisaties.