Kunst met het heilige verbinden
Digitale en religieuze kunst, het lijkt een vreemde combinatie. In Breda komt het logisch bij elkaar. Vroeger vormde religie de verbinding tussen de gewone, alledaagse werkelijkheid en het bovennatuurlijke, het heilige, God. Nu wordt die verbinding ook steeds vaker door kunstenaars gelegd.
Breda heeft een nieuw museum, ontstaan uit twee musea. „Allereerst het Breda’s Museum, dat de collectie van de stad en van het Bisschoppelijk Museum beheert”, zegt directeur Dingeman Kuilman. „Het tweede museum was het MOTI, het Museum Of The Image. Dat was een grafisch museum, dat zich ontwikkelde tot een museum voor beeldcultuur.”
In het nieuwe Stedelijk Museum wil Kuilman tentoonstellingen opzetten waarbij de twee delen van de collectie met elkaar gecombineerd worden. In juni is het museum geopend in het gebouw van het voormalige MOTI. Een fraai, doelmatig geheel, in 2005 gebouwd achter het historische Oudemannenhuis.
Kuilman laat graag het nieuwe museum zien. ”Van kasteel tot station” heet de presentatie van de geschiedenis van Breda aan de hand van voorwerpen uit de gemeentelijke collectie. Die zijn op een aantrekkelijke manier uitgestald. Onder de grote voorwerpen zijn laatjes aangebracht. Bezoekers kunnen die opentrekken en zien dan opvallende, kleine voorwerpen die passen bij de rest van de presentatie.
In dit deel van het museum is een openingstentoonstelling gewijd aan de vrij onbekende ”Vrede van Breda”, op 31 juli 1667. Nu dus 350 jaar geleden. „Toen ruilde Nederland met Engeland het gebied rond het huidige New York tegen Suriname”, zegt Kuilman.
Dure stoffen
Bij de andere openingstentoonstelling, ”Wonderlijk weefsel”, schreef theoloog Taede Smedes een essay dat in boekvorm is uitgegeven. Hij laat daarin zien hoe er allerlei dwarsverbanden ontstaan tussen „atheïstische en meer religieuze benaderingen van het heilige.” Daarom kan volgens Smedes ook niet meer gemakkelijk zoals vroeger over het ”natuurlijke” en ”bovennatuurlijke” worden gesproken. Beide lopen in elkaar over.
In de tentoonstelling zijn oude en nieuwe vormen naast elkaar gezet. Kuilman toont een aantal kazuifels, gewaden die bij de misviering door priesters en bisschoppen worden gedragen. „Een bijzonderheid van de Bredase kazuifels is dat ze dateren uit de achttiende eeuw”, zegt Kuilman. „Ze zijn gemaakt van kostbare stoffen die oorspronkelijk waren gebruikt voor het maken van dure jurken. Adellijke dames schonken die aan de kerk.”
Enkele kleine relieken, overblijfselen van heiligen, zijn op een opvallende manier tentoongesteld in spiegelwanden. De zaal lijkt er groter door, maar ook lijken de bezoekers als het ware samen te smelten met de voorwerpen. Die komen daardoor opeens heel dichtbij.
Sinds het digitale tijdperk is de term virtual reality in zwang geraakt. Er bestaat een virtuele, een kunstmatige wereld, bijvoorbeeld in de sociale media. De geïdealiseerde wereld van Facebook en Twitter tegenover de harde dagelijkse werkelijkheid. Kuilman wijst op een fotoserie van de Russische fotograaf Egor Tsvetkov. „In de metro fotografeerde hij mensen die nogal verveeld op hun smartphone kijken. Met gezichtsherkenningssoftware zocht hij of ze een Facebook- of Twitterpagina hadden. Als hij die kon vinden, haalde hij daar hun profielfoto af en plaatste die naast de metrofoto’s.”
De resultaten zijn onthutsend. Soms is te zien dat het om dezelfde persoon gaat, soms lijken het twee verschillende mensen. „Op de social media stellen mensen zich zo mooi mogelijk voor. In de metro kijken ze niet zo vrolijk”, zegt Kuilman. Smedes valt dit ook op. „Geslotenheid gecontrasteerd met openheid”, schrijft hij in het essay. De virtuele wereld kan soms ook overlopen in de werkelijke, dan ontstaat wat Smedes een ”hybride werkelijkheid” noemt. In het ‘computerspel’ Xilitla, combineert Rosa Menkman beelden uit de werkelijkheid met digitale beelden die soms wijde perspectieven openen, soms heel vervreemdend zijn.
Luthers Bijbel
In het schilderij ”The Five Monotheist Religions from Art Language” laat de Franse kunstenaar Franck Bragigand zien hoe vijf religies hun heilige boeken indelen. Voor de islam is dat duidelijk: één boek, de Koran. Maar het jodendom en het rooms-katholicisme hebben bijvoorbeeld een verzameling boeken, de Thora en de Bijbel. Bragigand beeldt dat uit met een verzameling cirkels, waarbij de grootte het belang van het Bijbelboek aangeeft. Alleen: waarom tekent hij bij het lutheranisme alleen het Oude Testament? Kuilman weet het niet.
Bragigand zegt desgevraagd dat hij tot zijn verbazing las dat Luther het Nieuwe Testament „niet zo canoniek vond als we nu zouden denken.” Inderdaad vroeg Luther zich af of Hebreeën, Jakobus, Judas en Openbaring wel in de canon thuishoorden. Maar zijn theologie is voor een belangrijk deel gebaseerd op Romeinen, toch echt een nieuwtestamentisch Bijbelboek.
Een groot werk is de videoprojectie ”Stratum” van de Vlaamse kunstenaar Frederik Heyman. Op een doorzichtig scherm projecteert hij onder meer beelden waarin hij de oude kazuifels heeft verwerkt. Kuilman is blij met de installatie, die speciaal voor deze tentoonstelling is gemaakt. „Het was spannend om te zien of alles zou werken. We hadden wel een klein model uitgetest, maar dit is erg groot. Zou er geen vervorming van de beelden optreden? Dat bleek gelukkig niet zo te zijn.’
De tentoonstelling in Breda is een bezoek zeker waard. Je wordt aan het denken gezet over wat waarheid en werkelijkheid is. En hoe je als mens met je binnen- en buitenkant omgaat. Iets kan heel anders zijn dan het op het eerste gezicht lijkt. Alleen, loop niet zomaar door de zalen. Daar heb je een gids bij nodig, in dit geval kan dat goed het essay van Taede Smedes zijn.
”Wonderlijk weefsel. Mystiek in digitale en religieuze kunst” is tot en met 31 december te zien in Stedelijk Museum Breda.
Wonderlijk weefsel. Mystiek in digitale en religieuze kunst, Taede A. Smedes (met foto’s van Jeroen Jongenelen);
uitg. Stedelijk Museum Breda, Breda, 2017; ISBN 978 90 2637 32 1; 56 blz. € 19,50.