Nog veel onduidelijk over nieuw bestuur Irak
Het nieuwe Iraakse tijdelijke bestuur is woensdag begonnen aan zijn taak om het land naar democratie te leiden. Maar een dag na de presentatie van een nieuwe president en een nieuwe ministerraad is achter de schermen ook het gevecht begonnen over hoeveel macht en invloed de Iraakse bestuurders nu eigenlijk hebben na de formele overdracht van de souvereiniteit op 30 juni.
In zowel The Washington Post als de The New York Times stellen VN–diplomaten en Amerikaanse overheidsfunctionarissen woensdag dat de Amerikanen na eind deze maand een enorme vinger in de pap houden. President Bush heeft weliswaar „volledige souvereiniteit" toegezegd, maar in de praktijk zal het volgens een VN–diplomaat „vooral een poppenkast" zijn totdat er een nieuwe grondwet is en totdat er een direct gekozen ’permanent’ landsbestuur is in Irak. Dat duurt nog zeker tot eind 2005, begin 2006.
Op belangrijke punten blijven de Amerikanen gewoon de dienst uitmaken. Washington behoudt het commando over de buitenlandse troepenmacht en het land eigent zich het recht toe naar eigen inzicht militair te handelen om de veiligheid te garanderen. Tussen de 110 en 160 Amerikaanse ’adviseurs’ blijven werkzaam op Iraakse ministeries, waaronder dat van Oliezaken.
Overigens komt bijna een derde van de nieuwe bestuurders uit de dinsdag ontbonden tijdelijke regeringsraad, die nagenoeg volledig door de Amerikanen was samengesteld.
Volstrekt onduidelijk is ook de macht die het nieuwe bestuur krijgt over de Amerikaanse militaire gevangenissen waar nog duizenden Irakezen vastzitten, in veel gevallen zonder aanklacht. Een zegsman van het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken zei woensdag in The New York Times „dat dergelijke juridische thema’s" nog uitgewerkt moeten worden.
De nieuwe Iraakse bestuurders zijn bovendien niet democratisch gekozen, maar voortgekomen uit een onduidelijk machtsspel dat de afgelopen weken werd gespeeld tussen de VS, de VN en tijdelijke regeringsraad. Die laatste heeft volgens Amerikaanse media uiteindelijk vooral haar eigen opvolgers gekozen, terwijl de rol van de speciale VN–gezant Brahimi in Bagdad niet echt groot is gebleken.
Brahimi gaf woensdag toe dat niet iedereen in Irak tevreden zal zijn over het tijdelijke Iraakse bestuur dat nu aan slag is gegaan. …Het was de beste samenstelling die we op dit moment konden bieden". Hij riep de Irakezen op de nieuwe tijdelijke regering een kans te geven. Hij omschreef de huidige Amerikaanse bewindvoerder Paul Bremer als de de facto „dictator van Irak". „Ik denk niet dat hij het erg vindt dat ik dit zegt. Hij heeft het geld en hij heeft de (noodzakelijke) handtekening" aldus Brahimi.
Zowel de VN–gezant als de leden van het nieuwe Iraakse bestuur kunnen nu nog hun zegje doen in de Veiligheidsraad, waar de vijftien leden zich buigen over een nieuwe Irak–resolutie. Die moet de internationaal aanvaarde diplomatieke basis vormen voor de machtsoverdracht op 30 juni. De Amerikanen en de Britten hebben de raad een nieuwe tekst voorgelegd, maar volgens de BBC hebben Frankrijk, China en Rusland nog steeds hun bedenkingen. Deze landen hebben vetorecht.
De nieuwe tekst beperkt het mandaat van de internationale troepenmacht in Irak tot eind 2005/begin 2006, maar Londen en Washington maken volgens de critici nog altijd niet duidelijk hoeveel invloed de huidige Iraakse bestuurders krijgen over de operaties die de buitenlandse troepen gaan uitvoeren.
Bovendien kan alleen een vanaf januari 2005 aan te treden overgangsregering de Veiligheidsraad tussentijds vragen de noodzaak van een buitenlandse troepenmacht in Irak te heroverwegen. En in de Veiligheidraad hebben ook de Verenigde Staten vetorecht.