De Zaaier
Mattheüs 13:24-30
„Een andere gelijkenis heeft Hij hun voorgesteld, zeggende: Het Koninkrijk der hemelen is gelijk een mens die goed zaad zaaide in zijn akker.”
Christus zei tot de wetgeleerden (Lukas 11:52): „Wee u, gij wetgeleerden, want gij hebt den sleutel der kennis weggenomen!” Dat is de Schrift. „Gijzelf zijt niet ingegaan, en die ingingen, hebt gij verhinderd.”
Deze woorden van Christus verduidelijken Zijn eerste rede, die Hij vroeger uitsprak: „Gij sluit het Koninkrijk der hemelen toe.” Nu zegt Hij: „Gij hebt de sleutel weggenomen en sluit het Koninkrijk der hemelen toe”, wat betekent het verstaan van de Schrift.
Er zijn heden veel mensen die, hoewel zij de Schrift verstaan, niet ernaar leven en anderen niet onderwijzen willen en verhinderen wanneer iemand hen onderwijzen wil. Tot verstaan van het lezen van de uitspraak van Christus moet u die dit verstaan wilt, bedenken waar in de Schrift het Koninkrijk der hemelen genoemd wordt, anders verstaat u het niet. De Schrift zegt namelijk: „Het Koninkrijk der hemelen is gelijk een mens die goed zaad zaaide in zijn akker.” Christus, de Zoon des mensen, is zo gelijk aan hem, die op een akker zaad zaait: de boer zaaide op zijn akker zaad, en de Zoon des mensen, Christus, zaaide goede mensen in Zijn kerk. De akker betekent, zoals Christus verklaarde, de wereld, en de wereld betekent de gemeenschap der mensen, zoals in Johannes 1 gezegd wordt: „De wereld heeft Hem niet gekend.” Dat betekent: de gemeenschap van slechte mensen heeft Christus door het ware geloof niet gekend.
Johannes Hus,
predikant te Praag
(”Gelijkenis van de tarwe en het onkruid”, 1414)