Olieprijs naar recordniveau na terreur in Saoedi–Arabië
De olieprijs heeft dinsdag een nieuw record bereikt, na de bloedige terreuractie in Saoedi–Arabië afgelopen weekeinde. De prijs voor een vat ruwe olie voor levering in juli kwam op de termijnmarkt in New York voor het eerst op 42 dollar. Intussen lijken steeds meer olielanden voorstander van een verruiming van de productiequota.
Nadat het recordniveau in New York was bereikt, zakte de prijs iets terug tot 41,80 dollar. In Londen voltrok zich eenzelfde patroon. Daar kostte een vat Brent–olie, die van mindere kwaliteit is, op zijn piek 38,70 dollar, om daarna terug te vallen naar 38,55 dollar. De prijsstijging van dinsdag bedroeg ongeveer 2 dollar.
De aanslag in Saoedi–Arabië kostte 22 mensen het leven en deed zich voor in het oosten van het land, waar de olie–industrie is geconcentreerd. De terreuractie was niet direct gericht tegen olie–installaties. Toch bestaat bezorgdheid dat terroristen hierop het vizier willen richten, waardoor de olietoevoer verstoord kan raken. Die mogelijkheid alleen al is voldoende om de prijs verder op te drijven. Eerder in mei waren buitenlanders in Saoedi–Arabië ook al doelwit van een aanslag.
Twee weken geleden kwam de olieprijs op de termijnmarkt in New York al dicht in de buurt van de 42 dollar. Toen werd een niveau bereikt van 41,85 dollar. Behalve met terreur hangt het hoge prijspeil ook samen met de toenemende vraag naar olie. Met name de Verenigde Staten en China verbruiken grote hoeveelheden.
Binnen de OPEC, de Organisatie van Olie–Exporterende Landen, gaan steeds meer stemmen op om de prijsstijging een halt toe te roepen door de productiequota te verruimen. Saoedi–Arabië had zich hier onlangs al voor uitgesproken, Indonesië en Koeweit denken nu ook in die richting. Donderdag komt de OPEC bijeen in de Libanese hoofdstad Beiroet om een besluit te nemen.
De Indonesische minister van Olie, Purnomo Yusgiantoro, die tevens voorzitter is van de OPEC, liet dinsdag in het midden hoe groot verruiming van de olieproductie moet zijn. De toename moet voldoende zijn om de prijzen omlaag te halen, zei hij.
Het huidige productieplafond van de OPEC ligt op 23,5 miljoen vaten (van 159 liter) per dag. De Koeweitse minister van Energie, sjeik Ahmad Fahd al–Sabah, zei bij zijn aankomst in Beiroet bereid te zijn tot een productie van 26 miljoen vaten per dag.
De OPEC–ministers troffen elkaar ruim een week geleden ook. Ze hadden toen tijdens een energieconferentie in Amsterdam informeel overleg. Saoedi–Arabië had voorafgaand aan de bijeenkomst gepleit voor een vergroting van de OPEC–productie. De ministers stelden een besluit echter uit, ook al omdat er bij de besprekingen twee olieministers ontbraken.
De minister van Olie van Qatar, Abdallah ben Hamad al–Attiya, zei dinsdag dat de leden van de OPEC dichtbij overeenstemming zijn om de productie uit te breiden. De OPEC zal er alles aan doen om de prijs weer onder controle te krijgen, aldus de bewindsman.