Met verovering Mosul is IS nog niet verslagen
Het Iraakse leger heeft Islamitische Staat (IS) zondag definitief verdreven uit Mosul, precies drie jaar nadat de terreurgroep in de stad het kalifaat uitriep. Dat claimde de Iraakse premier op de staatstelevisie. Maar het kon wel eens een pyrrusoverwinning zijn.
Premier Haider al-Abadi feliciteerde het Iraakse leger met zijn „grote overwinning in Mosul” en vertrok vervolgens naar de stad om de overwinning te vieren.
Op 4 juli 2014 sprak IS-leider Abu Bakr al-Bagdadi vanaf het spreekgestoelte van de Nur al-Dinmoskee in Mosul de wereld toe. Die toespraak was wellicht niet zomaar op 4 juli: jihadisten koesteren symbolische plekken en historische data. Op die dag viert de Amerikaanse aartsvijand Onafhankelijkheidsdag, en volgens IS herkregen moslims nu ook hun vrijheid. Daarbij komt dat de naamgever van de moskee tot de verbeelding sprak. Nur al-Din vocht eind 12e eeuw tegen de kruisvaarders. In Mosul stelde hij zich keihard op tegen de christenen, die van hem geen nieuwe kerken meer mochten bouwen.
De overwinning waar de Iraakse premier over sprak, lijkt echter prematuur, omdat IS nog steeds in Mosul aanwezig is. Als de indruk ontstaat dat IS nu bijna verdwenen is, zal de teleurstelling in de toekomst nog weleens hard kunnen toeslaan.
Bekend is dat de kern van IS uit officieren en militairen van het voormalige Iraakse leger bestaat. Ze hebben jarenlange praktijervaring meegenomen naar de terreurgroep en wisten bij de verovering in 2014 wellicht heel goed dat enkele duizenden IS-strijders een stad van 2 miljoen inwoners onmogelijk lange tijd konden bezetten. Ze zullen bovendien hebben beseft dat het slechts een kwestie van tijd zou zijn voordat een internationale coalitie de wapens tegen hen zou opnemen.
Zo’n onderneming die voorbestemd is om te mislukken, lijkt voor een nuchtere Europeaan dan ook onzinnig. Maar zo redeneert de top van IS niet: de huidige tegenslag kan een vruchtbare bodem vormen voor toekomstige groei. De Israëlische veiligheidsexpert Yoram Schweitzer schreef daarom onlangs dat IS weliswaar is gedegradeerd, maar dat de globale jihadistische beweging is gerevitaliseerd. Het punt met Mosul is allang gemaakt: IS heeft laten zien dat met islamitische vastberadenheid schijnbare onmogelijkheden kunnen worden gerealiseerd.
Dat de einddagen van IS in Mosul zijn aangebroken, betekent dus nog niet dat de terreurbeweging nu aan het infuus ligt. IS blijkt met kleine eenheden veel te kunnen uitrichten: het is verbazingwekkend hoe slechts enkele honderden IS-strijders negen maanden stand hebben weten te houden in Mosul. Hoe mooi het succes ook is, vanuit militair oogpunt is de herverovering van Mosul niets om trots op te zijn.
Mosul 2014-2017
De Iraakse strijdkrachten veroverden gisteren een stad in puin. Voordat terreurgroep IS in 2014 de stad in handen kregen, telde die 2 miljoen inwoners. Sinds het Iraakse leger en zijn bondgenoten een militaire operatie begonnen om de stad te bevrijden hebben volgens schattingen van hulporganisaties en andere bronnen zo’n 900.000 mensen de stad verlaten. Er zijn duizenden doden gevallen.
Verder blijkt uit satellietbeelden dat er circa 500 gebouwen zijn verwoest. Volgens de VN kost de wederopbouw van de stad zo’n 1 miljard euro.
Mosul is van oudsher een belangrijke thuishaven voor soennieten. Ook christenen, jezidi’s, Koerden, Turkmenen en tal van andere etnische en/of religieuze groepen vonden een thuis in de stad.
Al jarenlang gaan de inwoners van Mosul gebukt onder geweld en terreur. Na de val van het regime van Saddam Hussein in 2003 zochten veel medestanders van de dictator er hun toevlucht. Veel van deze mensen sloten zich aan bij IS om te strijden tegen de door sjiieten gedomineerde regering in Bagdad.