In Mapou, in het zuidoosten van Haïti, werden meer dan 1000 lichamen aangetroffen. Dat meldde Margareth Martin, een regeringsfunctionaris in het zuidoosten van Haïti.

Martin schatte woensdagavond dat het dodental in Haïti nu op 1700 staat. De autoriteiten vrezen echter dat verschrikkingen zoals in Mapou zich ook elders hebben afgespeeld.

Haïti is het armste land van Amerika en het uiterst gebrekkige wegennet is in de getroffen gebieden weggevaagd. Hulpverlening is vooralsnog geïmproviseerd. De hulpverleners zijn in een belangrijk deel van het getroffen gebied nog helemaal niet geweest. Tal van mensen die de stortregens en waterstromen hebben overleefd, wachten in boomtoppen of op andere hoger gelegen plekken op hulp.

Het zuidoosten van Haïti en het zuidwesten van de Dominicaanse Republiek zijn de afgelopen dagen getroffen door de grootste ramp sinds wervelstorm Georges er in 1998 huishield.

In de Dominicaanse Republiek vielen zeker 300 doden, vooral in en rond de grensplaats Jimani. Ten minste 300 mensen worden vermist. Ook deze getallen zijn gebaseerd op voorlopige schattingen. Door waterstromen meegevoerde lichamen liggen tegen ingestorte muren gedrukt of op takken en boomstammen. In het meer van Enriquillo, vlak bij Jimani, drijven de doden tussen de krokodillen.

Hulpverleners en militairen begraven de doden zonder ze te identificeren, want er dreigen epidemieën in de streek. Overlevenden weten hierdoor vrijwel niets over het lot van hun verdwenen familieleden. Tal van overlevenden hebben hun hele familie door het wassende water zien wegsleuren.

De internationale troepenmacht in Haïti helpt zo veel als in zijn vermogen ligt. De 3600 man tellende strijdmacht werd na de val van president Jean-Bertrand Aristide van Haïti eind februari in Port-au-Prince gestationeerd. De Europese Unie treft voorbereidingen voor het sturen van noodhulp.