Kroatische generaal Mirko Norac aangeklaagd
De aanklagers van het Joegoslavië–Tribunaal in Den Haag hebben de Kroatische generaal Mirko Norac officieel in staat van beschuldiging gesteld wegens misdaden tegen de menselijkheid en oorlogsmisdaden. Dat maakte de griffie van het VN–hof dinsdag bekend.
Als brigadecommandant zou de nu 36–jarige generaal zich in september 1993 schuldig hebben gemaakt aan vervolging op politieke, raciale of religieuze gronden, aan moord, aan plunderingen en aan het moedwillig verwoesten van steden en dorpen.
Norac zou zijn misdaden hebben begaan in de zogenoemde zak van Medak, in de Republika Srpska Krajina, een door etnische Serviërs zelfuitgeroepen republiek in Kroatië. In maart vorig jaar veroordeelde een rechtbank in Kroatië Norac al tot twaalf jaar gevangenisstraf wegens oorlogsmisdaden begaan tegen Serviërs. Hij was de eerste hoge militair die door justitie in eigen land werd veroordeeld.
In de dinsdag geopenbaarde aanklacht spreekt het VN–hof onder meer over de inhumane behandeling van Servische burgers en gevangen militairen. Ondergeschikten van Norac zouden mensen hebben neergeschoten, steekwonden hebben toegebracht, vingers hebben afgesneden, mensen afgetuigd hebben met geweerkolven en mensen met brandende sigaretten hebben bewerkt. Militairen sprongen op lichamen van dode mensen, en sleepten stoffelijke resten achter een auto aan, zo staat te lezen in het perscommuniqué van dinsdag.