Staphorsters vragen Duitsers om vervanging geroofde klok
Krijgt Staphorst een klok van de Evangelische Kirche van Westfalen in Duitsland als genoegdoening voor het feit dat de Duitsers tijdens de oorlog een luidklok uit de toren van de hervormde kerk roofden? Staphorster Roelof Talen schreef een brief aan de kerk of de Duitsers het geen goed idee vinden om zijn dorp in het kader van het Lutherjaar een klok te schenken. Een vriendelijk antwoord van de oosterburen geeft hoop.
Talen (65) richtte een paar weken geleden de werkgroep Historieherstel gemeente Staphorst op. Veel historisch erfgoed in de Overijsselse gemeente ligt er volgens hem troosteloos bij. De onlangs opgerichte werkgroep wil dit veranderen. Talen zocht gemeentegenoten van allerlei pluimage bij elkaar om zo draagvlak te creëren.
In de tuin van de Grote Kerk in Staphorst staat al 57 jaar een bronzen klok van 1000 kilo. Geert van Wou uit Kampen, bekend als de belangrijkste klokkenmaker van Europa, goot de klok in 1512 voor de voorloper van de Grote Kerk die toen buiten het huidige Staphorst stond. Op die oude plek, waar een heuvel herinnert aan het godshuis van weleer, stond ooit een klokkenstoel met daarin twee klokken. Eén daarvan was de ”tuinklok”.
Scheur
Dit bronzen exemplaar staat op de grond omdat het kapot is. De Duitsers roofden in de Tweede Wereldoorlog de twee dienstdoende klokken uit de toren. Eentje stamde uit 1417, de andere is de tuinklok uit 1512. De eerste bleef na de oorlog spoorloos; de laatste kwam terug, maar wel met een scheur. Een lasser bood uitkomst, maar in 1958 knapte de naad weer open.
Sinds 1960 staat de klok in de tuin. Restauratie is mogelijk. Luidklokkenexpert Kuipers uit Steenwijk denkt dat dit rond de 60.000 euro kost. De werkgroep probeert fondsen te werven, onder andere bij de eigenaar: gemeente Staphorst.
Op het verlanglijstje van de nieuwe werkgroep staan voorlopig twee dingen: het restaureren van de klok die in de tuin van de Grote Kerk staat én deze ophangen in een nieuwe klokkenstoel die moet komen te staan op de oude plek, dus de oude kerkheuvel net buiten het dorp. Dit moet binnen vijf jaar gebeuren.
Verder wil de groep de drie kerkheuvels rond Staphorst en Rouveen opknappen. Dit zijn verpauperde en overwoekerde plekken waar ooit kerken stonden. De kans is groot dat hier restanten van oude begraafplaatsen te vinden zijn. De locaties verdienen volgens de werkgroep meer aandacht.
Voor de nieuwe klokkenstoel naar oud model op die historische plek zijn twee klokken nodig. De ene klok staat in de tuin van de kerk,de andere moet nog worden aangeschaft.
Talen trok de stoute schoenen aan. Hij schreef een brief aan de Evangelische Kirche van Westfalen. Of het kerkgenootschap misschien nog een aardige klok had liggen of hangen? In het kader van het Lutherjaar zou het aardig zijn als het Duitse kerkgenootschap een klok schenkt aan Staphorst, liet hij weten.
Lef
Talen geeft in de brief ook aan dat de Duitsers in de oorlog de klok roofden. Een vriendelijk schrijven, zonder verwijten, maar wel een beetje brutaal. „Je moet wat lef hebben, anders bereik je nooit wat”, zegt hij.
Een vriendelijk antwoord liet niet lang op zich wachten. De Evangelische Kirche geeft aan wellicht mee te willen werken, mits waardig hergebruik van de klok wordt gegarandeerd. Of Staphorst de klok krijgt of moet kopen, wordt niet helemaal duidelijk. De kerk heeft het over „onderhandelbare omstandigheden.”
Het evangelische kerkgenootschap informeert ook alvast naar de toonsoort en de grootte die de klok moet krijgen. Talen is optimistisch. „Dit geeft de burger moed.”