Israël begint terugtocht uit Rafah
Israël is vanmorgen begonnen met het terughalen van een deel van zijn militairen uit het vluchtelingenkamp Rafah in de Gazastrook. Dat hebben Palestijnse veiligheidsfunctionarissen gezegd. Israëlische militairen zeiden tegenover de krant Ha’aretz dat een kleine groep in Rafah blijft.
De terugtrekking komt na scherpe internationale kritiek op het Israëlische optreden in Rafah. Ook de VN-Veiligheidsraad sprak een veroordeling uit. Woensdag openden onder andere Israëlische tanks het vuur op een groep betogers. Zeker acht van hen kwamen om het leven, onder wie zes minderjarigen. Aanvankelijk zette het Israëlische leger donderdag zijn offensief in Rafah voort.
Legerchef Moshe Yaalon heeft zijn excuses aangeboden voor het bloedbad van woensdag. „Je zet geen tanks in om een demonstratie tegen te houden.” De duizenden demonstranten waren onderweg van de stad Rafah naar het gelijknamige kamp. Het leger wilde voorkomen dat zij het kamp zouden bereiken. Israël houdt vol dat zich gewapende mannen onder de menigte van duizenden Palestijnen bevonden. De Palestijnen spreken dat tegen.
Volgens een voorlopig onderzoek van het leger vuurde de bemanning van de tank vier granaten af op een leegstaand gebouw in de buurt van de betogers, aldus bronnen bij de veiligheidsdiensten. Dat was bedoeld om de menigte uiteen te drijven. Het was een vergissing om meer dan één granaat af te vuren: zeker een van de granaten vloog door het gat dat een eerdere granaat in het gebouw had geslagen en ontplofte midden in de menigte.
De Veiligheidsraad van de Verenigde Naties heeft het Israëlische optreden veroordeeld. De Verenigde Staten lieten hun afkeuring blijken door geen veto uit te spreken, zoals het land normaal gesproken doet als er een kritische resolutie over Israël op tafel ligt. Minister van Buitenlandse Zaken Colin Powell zei dat de operatie in Gaza „de situatie heeft verergerd en het lastiger heeft gemaakt om terug te keren naar het vredesproces.”
De Russische minister van Buitenlandse Zaken, Sergej Lavrov, en de secretaris-generaal van de Organisatie van de Islamitische Conferentie (OIC), Abdelouahed Belkaziz, riepen Israël donderdag op het geweld in de Gazastrook te beëindigen. Ze deden dat na afloop van overleg dat Lavrov met een delegatie van de OIC voerde in Moskou. De Turkse premier Recep Tayyip Erdogan riep de wereldleiders op Israël onder druk te zetten om geen excessief geweld meer tegen de Palestijn te gebruiken.
De Palestijnse parlementsvoorzitter, Rauhi Fattouh, noemde de Israëlische inval in Rafah een misdaad tegen de mensheid. Hij deed dat op een persconferentie in het Britse Lagerhuis, waaraan hij samen met andere Palestijnse parlementsleden een bezoek bracht. Fattouh bekritiseerde de VS, omdat die in zijn ogen niet scherp genoeg op het Israëlische optreden in Rafah reageren.
Het Israëlische leger startte begin deze week de ”Operatie Regenboog”, het grootste Israëlische offensief sinds vier jaar in de Gazastrook. Al voor het incident van woensdag was de operatie omstreden, omdat het leger wil optreden tegen Palestijnse extremisten door huizen te slopen. Het doel van de operatie is de opsporing van gewapende Palestijnen en het bestrijden van wapensmokkel vanuit Egypte, waaraan Rafah grenst. Een woordvoerster van het leger liet weten dat de operatie doorgaat totdat de gestelde doelen zijn bereikt.
Israël heeft sinds vorige week woensdag al rond de honderd huizen in Rafah platgewalst en Yaalon heeft gezegd dat nog eens honderden huizen gesloopt zullen worden, om de Israëlische bufferzone langs de grens met Egypte te verbreden. Volgens een hoge Amerikaanse regeringsvertegenwoordiger heeft de Israëlische vice-premier, Ehud Olmert, dit echter tegengesproken. Olmert zou Powell dinsdag hebben verzekerd dat het leger niet nog eens honderden huizen zal slopen.
Donderdag werden bij gevechten en Israëlische luchtaanvallen in Rafah zeker acht Palestijnen gedood. Ook verwoestte het leger volgens bewoners acht gebouwen. Het totale dodental van Operatie Regenboog stond op 40 - allen Palestijnen. In Rafah dreigt een humanitaire crisis doordat de drinkwater- en elektriciteitsvoorziening is uitgevallen.