Binnenland

Opheusden herdenkt crash Dakota 1944

Met een zogeheten ”flypast” van een militair vliegtuig uit de Tweede Wereldoorlog boven de rampplaats is donderdagochtend in Dodewaard het neerstorten van een geallieerde Dakota op 18 september 1944 herdacht. De ceremoniële vlucht was een eerbetoon aan de Britse parachutist en de twee Amerikaanse bemanningsleden die bij de crash omkwamen.

Jan Kas
4 May 2017 10:56Gewijzigd op 16 November 2020 10:28
De plek in Dodewaard waar in september 1944 een geallieerd vliegtuig neerstortte. Tweede van rechts is Kathleen Shurbourne, echtgenote van para Reg Shurbourne. beeld William Hoogteyling
De plek in Dodewaard waar in september 1944 een geallieerd vliegtuig neerstortte. Tweede van rechts is Kathleen Shurbourne, echtgenote van para Reg Shurbourne. beeld William Hoogteyling

De zeventien para’s in de Dakota 697 stonden gereed om te springen, toen Duits luchtafweergeschut hun toestel raakte. Zes minuten later zouden ze worden gedropt boven de Ginkelse Heide bij Ede, op de tweede dag van de operatie Market Garden. Dankzij moedig optreden van copiloot Edward Fulmer, die het brandende vliegtuig geruime tijd in de lucht hield, konden de meeste inzittenden de Dakota tijdig verlaten.

Van de Amerikaanse bemanning lieten piloot James Spurrier en radio-operator William Hollis het leven. Para Alfred Penwill overleefde zijn sprong niet doordat granaatsplinters zijn parachute hadden beschadigd. De regionale verzetsgroep van Johannes van Zanten en Hans Vervoorn bracht de overgebleven zestien para’s naar boerderij De Hazenhof in Kesteren. Een paar dagen later staken de Britten na een nachtelijke voettocht naar IJzendoorn in roeiboten de Waal over naar bevrijd gebied.

Fulmer, die na de noodlanding via het cockpitraam naar buiten kon klimmen, werd zwaargewond naar villa De Snellenburg in Opheusden vervoerd, waar lokale artsen hem zes dagen verpleegden. De copiloot, nu 98, ontving de Militaire Willemsorde, de hoogste Nederlandse militaire onderscheiding.

Dat de gezamenlijke 4 meicomités in de gemeente Neder-Betuwe dit jaar speciale aandacht aan de crash besteden, is een gevolg van een ontmoeting van Bart Belonje uit Nieuwerkerk aan den IJssel met Kathleen Shurbourne, de 97-jarige weduwe van para Reg Shurbourne. Belonje, tot voor kort docent beeldende vorming, sprak haar vorig jaar bij de herdenking van Market Garden op de Ginkelse Heide.

„Mevrouw Shurbourne was er met haar zoon Andy”, zegt Belonje. „Mijn eerste vraag was: Waar heeft uw man gevochten? Hij heeft helemaal niet gevochten, hij is nooit aangekomen, antwoordde ze. Dat was ongeveer het enige wat ze wist. Zoals veel geallieerden vertelde haar tien jaar geleden overleden man thuis nauwelijks iets over zijn oorlogservaringen. Er ontbreekt een hoofdstuk in het boek van mijn vader, zei Andy. Toen heb ik hem en zijn moeder beloofd dat ik meer informatie zou achterhalen.”

Met hulp van de 4 meicomités leverde de zoektocht uiteindelijk een boek op. „Met ooggetuigenverslagen van toen en verzamelde gegevens kon ik het verhaal van de crash reconstrueren”, aldus Belonje. „Veel burgers van Opheusden en Kesteren hebben destijds hulp verleend. Er is nog één blinde vlek. Over de opvanglocatie aan de overkant van de Waal verschillen de verslagen van de direct betrokken verzetsmensen.”

Het eerste exemplaar van het boek ”To honour and remember” werd woensdagochtend in het gemeentehuis in Opheusden aan Kathleen Shurbourne overhandigd. ’s Middags maakte zij met haar zoon Andy een rondrit langs de plaatsen waar haar man in 1944 is geweest.

„Voor mij is dit heel bijzonder”, reageerde Kathleen Shurbourne. „Reg heeft maar een paar stukjes van zijn belevenissen in 1944 verteld. Nu zag ik voor het eerst de plek van de crash.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer