HRW: Schoon toilet is mensenrecht
Ieder mens heeft recht op sanitaire voorzieningen, en hindernissen om dit te bereiken moeten worden bestreden. Dat stelt mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch in een donderdag verschenen rapport.
Het rapport ”Going to the Toilet When You Want: Sanitation as a Human Right” is gebaseerd op informatie die Human Rights Watch (HRW) in een periode van meer dan tien jaar verzamelde over discriminatie, misbruik en andere obstakels die mensen verhinderen op veilige en waardige wijze hun behoeften te doen.
Deze week is er in New York een grote VN-bijeenkomst waarop gesproken wordt over sanitaire voorzieningen en drinkwater.
In 2015 moesten naar schatting 2,4 miljard mensen het stellen met voorzieningen van slechte kwaliteit. Dat houdt met name in dat die voorzieningen niet hygiënisch zijn: menselijke uitwerpselen komen eenvoudig in contact met mensen. Bijna 1 miljard mensen doen hun behoeften buiten in het open veld.
„Mensen in staat stellen om te gaan met hun lichaamsfuncties op de manier die ze wensen, is de basis van menselijke waardigheid”, zegt Amanda Klasing, vrouwenrechtenonderzoeker bij HRW. „Los van de persoonlijke schaamte, ondermijnt gebrek aan sanitaire voorzieningen andere mensenrechten, zoals gezondheid en gelijkheid van man en vrouw.”
Het recht op sanitatie is afgeleid van het recht op een adequate levensstandaard. Sanitaire voorzieningen moeten toegankelijk, betaalbaar, schoon zijn en aanvaard worden. Aan dergelijke eisen voldoen voorzieningen echter lang niet altijd.
HRW deed onder onderzoek in China, India, Nepal, Rusland, Zuid-Afrika en de VS. Uit dat onderzoek bleek dat discriminatie op basis van kaste, gender, handicap of leeftijd mensen uitsluit. In Nepal blijven door gebrek aan fatsoenlijke toiletten veel meisjes thuis van school als ze ongesteld zijn. „Als er fatsoenlijke toiletten zijn, voelen meisjes zich vrijer.”