Utrechter ontkent plofkraken in Duitsland
Een dertigjarige Utrechter ontkent dat hij in 2015 plofkraken heeft gepleegd bij banken in de Duitse plaatsen Ahaus-Graes en Laar. Het Openbaar Ministerie denkt dat hij dat wel heeft gedaan, maar de man zei dinsdag voor de rechtbank in Arnhem „dat ze lang kunnen zoeken, maar dat ze nooit een spoor van mij in Ahaus zullen vinden, want daar ben ik nooit geweest”.
Het OM heeft dinsdag geen straf tegen de Utrechtse man geëist, want er moet nog DNA-onderzoek worden gedaan op een tasje dat bij de verdachte is gevonden en dat te zien was op camerabeelden van de plofkraken. De rechtbank hield de zaak daarom aan tot juli, al gaf de Utrechter dinsdag tot verrassing van het OM toe dat hij dat tasje wel eens in handen had gehad, alleen niet bij plofkraken.
Volgens de Duitse politie en het OM heeft de man gas uit gasflessen in geldautomaten gepompt en dat aangestoken. Dat gaf een forse ontploffing, terwijl bij er mensen boven de bankfilialen woonden. Bij de Sparkasse in Ahaus maakte de Utrechter 81.000 euro buit. In Laar leverde de plofkraak niets op.
In de zomer van 2015 had Duitsland te maken met een hele reeks plofkraken in het grensgebied met Nederland. Het OM heeft geen bewijs dat de Utrechter bij meer dan twee zaken betrokken zou zijn, maar sluit niet uit dat hij met anderen heeft samengewerkt. Daarom wil het OM zeker weten welk DNA op het tasje wordt gevonden.
Volgens de advocaat van S. ontbreekt in de zaak elk hard bewijs. Een halfjaar observeren, telefoons tappen en heimelijk gesprekken opnemen zou niets hebben opgeleverd. De raadsman wilde dat zijn cliënt op vrije voeten kwam, maar dat wees de rechtbank af. De zaak gaat op 18 juli verder.