Iran kan in 2030 al op schone energie draaien
Iran heeft alle troeven in handen om tegen 2030 helemaal over te schakelen op hernieuwbare energie.
Ook andere landen in het Midden-Oosten en Noord-Amerika hebben een groot potentieel, blijkt uit een studie van de Finse Technologische Universiteit van Lappeenranta (LUT).
Om het Iraanse stroomnet helemaal over te schakelen op hernieuwbare energie is 49 gigawatt aan zonnepanelen nodig, 77 gigawatt aan windenergie en 21 gigawatt aan waterkracht, berekenden de onderzoekers. Voor waterkracht is dat aandeel nu al bijna bereikt.
Wind- en zonne-energie vragen wel nog stevige investeringen, maar uit het onderzoek blijkt dat grote delen van Iran geschikt zijn voor een rendabele ontplooiing van een of beide energiebronnen. Beide kunnen ook eenvoudig worden aangesloten op het bestaande net.
Uit de studie blijkt dat een systeem op basis van hernieuwbare energie ongeveer de helft goedkoper is dan andere opties met een lage uitstoot, zoals kernenergie of de opslag van CO2 uit fossiele brandstoffen.
„Nieuwe kernenergie kost zo’n 110 euro per megawattuur, de opslag van CO2 rond de 120 euro”, stelt de studie. „Maar de kosten van hernieuwbare energie schommelen tussen de 40 en de 60 euro, als we rekening houden met financiële en technische veronderstellingen voor het jaar 2030.”
De kostprijs kan nog verder dalen als Iran de handen ineenslaat met andere landen in het Midden-Oosten en Noord-Afrika. Als er geïnvesteerd wordt in een stroomnet dat het transport van grote hoeveelheden energie toelaat over langere afstanden, kan de kostprijs van de hernieuwbare energie teruggebracht worden tot 37 à 55 euro per megawattuur.
„De lage kosten van hernieuwbare energie kunnen zo de motor vormen van een groeiende levensstandaard en aanhoudende economische groei, met name voor energie-intensieve producten, en uiteindelijk ook meer vrede”, zegt hoofdauteur Christian Breyer, hoogleraar ingenieurskunde aan de LUT.