Proces Surinaamse Decembermoorden opnieuw vertraagd
De behandeling van het hoger beroep dat het Surinaamse openbaar ministerie heeft ingediend tegen de beslissing van de krijgsraad om het proces rond de Decembermoorden van 1982 voort te zetten, is dinsdag verdaagd naar 20 april.
De regering van president Desi Bouterse, die zelf geldt als hoofdverdachte, droeg het OM in juni vorig jaar op om het in 2007 gestarte proces te staken, omdat anders de staatsveiligheid in gevaar zou komen.
De krijgsraad legde het verzoek van het OM naast zich neer, waarop procureur-generaal Roy Baidjnath-Panday hoger beroep aantekende. Hij kon dinsdag echter niemand overtuigen dat de staatsveiligheid echt in gevaar is. Dat stemt de advocaat van de nabestaanden, Hugo Essed, optimistisch over de afloop.
„Bovendien geeft de grondwet de regering niet de bevoegdheid om een lopend proces te eindigen, dus het OM maakt in mijn ogen geen kans”, aldus de raadsman.
Twee van de negentien verdachten, Ruben Rozendaal en Edgar Ritfeld, drongen er bij het hof op aan om het proces voort te zetten. Rozendaal zegt te willen weten of hij schuldig is of niet.
Enkele jaren geleden verklaarde hij dat hij aan de vooravond van de moorden in 1982 twee van de vijftien latere slachtoffers thuis heeft opgehaald, maar zelf niemand heeft gemarteld of geëxecuteerd. Bouterse daarentegen zou in ieder geval twee mannen hebben doodgeschoten.
De advocaten van de overige zeventien verdachten drongen er bij het hof op aan mee te gaan in het verzoek van het OM en het proces direct te staken. De rechter heeft die beslissing uitgesteld.