EU-hof: visum niet verplicht bij martelrisico
EU-landen zijn niet verplicht een humanitair visum af te geven aan mensen die dreigen te worden gefolterd in hun land en asiel in Europa willen aanvragen. Niet het Europees recht, maar het nationaal recht is in dergelijke gevallen van toepassing.
Dat oordeelde het Europees Hof van Justitie dinsdag. Vijftien rechters deden uitspraak in een zaak over een Syrisch, christelijk gezin uit Aleppo dat vorig jaar een humanitair visum bij de Belgische ambassade in Libanon aanvroeg om daarna in België asiel aan te vragen. Dat werd geweigerd. Het gezin ging in beroep, waarop de Belgische Raad voor Vreemdelingenbetwistingen om een oordeel van het EU-hof vroeg.
Staatssecretaris Klaas Dijkhoff (Veiligheid en Justitie) is tevreden met de uitspraak. „Logisch en goed oordeel Europees Hof. Geen asiel op afstand, wel opvang in regio”, twitterde hij.
Het hof in Luxemburg stelt dat het Europees recht alleen de procedures en voorwaarden voor de afgifte van visa vaststelt. De Europese visumregels en het Handvest van de grondrechten van de EU, waarop het gezin zich beriep, zijn in dit geval niet van toepassing. Het staat landen wel vrij een visum te verlenen.
De advocaat-generaal van het hof had vorige maand gesteld dat EU-lidstaten verplicht zijn een humanitair visum af te geven aan mensen die „een reëel risico lopen op een uiterst onmenselijke behandeling”. België en andere landen vreesden dat als het hof dat zou volgen, veel mensen zouden aankloppen bij consulaten in de buurt van conflictlanden. „Het gezond verstand zegeviert”, reageerde de Belgische staatssecretaris Theo Francken (Asiel).