Srilankaanse regering en Tamils tekenen bestand
De Srilankaanse regering en de Tamil-Tijgers hebben vrijdag hun handtekening gezet onder een permanent staakt-het-vuren.
Daarmee is een belangrijke stap gezet op weg naar de beëindiging van de burgeroorlog, die een groot deel van Sri Lanka al achttien jaar in zijn greep houdt. Noorwegen speelde een bemiddelende rol in het conflict en stelde het bestand op.
De Srilankaanse premier Ranil Wickremesinghe reisde vrijdag naar een militaire controlepost bij Tamil-gebied, waar de rebellen witte vlaggen hadden geplaatst om het bestand te markeren. Tamils gaven de premier een sjaal en rijst, traditionele symbolen van voorspoed. De premier overhandigde de ondertekende bestandsovereenkomst aan de Noorse ambassadeur Jon Westborg. „Ik geloof sterk in vrede voor onze natie, maar heb niet de illusie dat het gemakkelijk zal zijn”, zei hij.
De Srilankaanse president Chandrika Kumaratunga had kritiek. Zij noemde het akkoord ongrondwettig. Bovendien vond ze dat ze er niet goed genoeg over was geïnformeerd.
De Noorse regering, die meer dan twee jaar heeft bemiddeld tussen de partijen, maakte vanuit Oslo bekend dat de overeenkomst ook was ondertekend door de rebellenleider Vellupillai Prabhakaran. Het staakt-het-vuren gaat zaterdag in, kondigde minister van Buitenlandse Zaken Jap Petersen aan. Het is voor het eerst in zeven jaar dat de partijen het eens zijn geworden over een formeel staakt-het-vuren.
Het akkoord vormt de voorbode voor vredesbesprekingen die een einde moeten maken aan het slepende etnische conflict, dat meer dan 65.000 levens heeft gekost. In het voorjaar zal het vredesoverleg van start gaan, hebben de regering in Colombo en de rebellen afgesproken. Maandag zullen in Sri Lanka Scandinavische waarnemers arriveren, die toezicht zullen houden op het bestand. Honderden Tamils hielden vrijdag speciale gebedsdiensten om te bidden voor het welslagen van de vredesinspanningen.
In het akkoord staat onder meer dat strijders van beide partijen ongewapend en in burgerkleding zes dagen per twee maanden familiebezoek mogen brengen in elk van beide delen van Sri Lanka, het Tamil-deel en het Singalese deel. Ze zullen daarbij niet worden aangehouden. Drie maanden na het ingaan van het bestand mogen de rebellen zich vrijelijk bewegen in het noorden en oosten van het land, mits ze ongewapend zijn en zich kunnen identificeren. Het leger en de politie mogen jonge mannen en vrouwen die verdacht worden van banden met de rebellen aanhouden.
De Bevrijdingstijgers van Tamil-Eelam (LTTE) strijden sinds 1983 voor autonomie voor de Tamils in het noorden en oosten van Sri Lanka. Na een regeringswisseling nam eind vorig jaar de hoop op een akkoord toe. Wickremesinghe beloofde de beëindiging van de burgeroorlog na te streven. Op 24 december werd al een staakt-het-vuren afgekondigd.