Eerst twintig minuten Bijbelstudie op school
Basisschool Stezhynka in Izmajil is een van de weinige christelijke scholen in Oekraïne. Het kost de schoolleiding elk jaar veel moeite om de begroting rond te krijgen, maar sluiten is geen optie.
Tatyana Vorotyntseva (13) zit sinds haar zesde op de christelijke school Stezhynka in de Zuid-Oekraïense stad Izmajil. Haar vader is overleden, zodat haar moeder alleen voor haar acht kinderen moet zorgen. De keuze voor Stezhynka is daarom een opgave, omdat de school veel geld kost. „Ik denk dat de kwaliteit van het onderwijs hier de kosten waard zijn”, zegt Tatyana. „Onze school is klein en daardoor hebben de leerkrachten persoonlijke aandacht voor iedereen.”
Daarnaast waardeert ze het christelijke karakter. „We lezen uit de Bijbel en worden onderwezen in de christelijke ethiek. Dat heeft mijn leven enorm veranderd. Ik heb via school bovendien veel christelijke vrienden.”
De school bestaat deze zomer twintig jaar, wat reden is voor een groot feest. Het kan de zorgen echter niet helemaal verhelen. „We zijn dit jaar weer begonnen met de constatering dat het maar de vraag is of we financieel rondkomen”, zegt algemeen directeur Liliia Kruts (50). De regering vaardigde bijvoorbeeld een wet uit die bepaalt dat onderwijzers meer loon moeten krijgen: een stijging van maar liefst 100 procent. „Het wordt voor ons lastig aan die eis te voldoen”, zegt Kruts.
Privéschool
Openbare scholen worden door de overheid betaald maar Stezhynka is een privéschool: het schoolbestuur moet zelf de kosten opbrengen voor de 28 leraren en de schoolboeken. Kruts: „We hebben al veel pogingen gedaan om overheidssubsidie voor het speciaal onderwijs los te krijgen, maar de molens van de overheid malen langzaam. Het is tot nu toe niet gelukt.” De afgelopen jaren hebben drie christelijke scholen in Oekraïne hun deuren moeten sluiten omdat de kosten niet meer waren op te brengen.
Het schoolbestuur in Izmajil is echter uiterst gemotiveerd om door te gaan. „Bij het verlaten van onze school vertonen onze leerlingen een duidelijk christelijke levensstijl”, zegt Kruts’ mededirecteur Yevdokiia Shochokina (58). „Er zijn in Oekraïne maar zes christelijke basisscholen, terwijl er toch veel christenen wonen. Dat is heel weinig.”
De school in Izmajil is in 1997 gekocht door een vermogend kerklid, die er toen christelijk onderwijs startte voor één klas schoolkinderen. Inmiddels telt de school tien klassen met in totaal 165 leerlingen. De eerste klas is zelfs dubbel.
In 2008 namen de plaatselijke baptistengemeenten, met in totaal 315 leden, de zorg voor de school op zich. Een van de gemeenten maakt op zondag gebruik van het schoolgebouw.
Geen geweld
Geschiedenisleraar en geestelijk verzorger op de school is ds. Alexandr Bukata (42). Hij vertelt enthousiast hoe de kinderen van de school tweemaal per jaar een hele kerkdienst organiseren. „Ze lezen een stuk uit de Bijbel, dragen gedichten voor en zoeken bijpassende liederen uit.”
Hij vertelt hoe het christelijke karakter de invulling van de lessen doortrekt. „We beginnen elke dag met een Bijbelstudie van twintig minuten. Voor de lunch wordt gebeden. De meeste leerlingen komen uit christelijke gezinnen.” De school staat ook open voor arme kinderen en weeskinderen. Elke bijdrage is in het schoolgeld is welkom.
De 10-jarige Petro Bukata zegt het erg naar zijn zin te hebben op de school. „Het onderwijs is op christelijke principes gebaseerd, en daarnaar wil ik de rest van mijn leven ook handelen. Hoewel het schoolgeld voor mijn ouders een grote last is, ben ik blij met de keuze.”
„Mijn ouders denken na over mijn toekomst en kozen daarom voor Stezhynka”, aldus de 14-jarige Vitaliy Dermenzhy. „Op deze school wordt geen geweld gebruikt en kinderen worden niet vernederd, zoals op veel andere scholen in Oekraïne.”
Daarbij komt dat de kwaliteit van het onderwijs goed is. „Bij wedstrijden tussen scholen haalt de onze hoge scores”, zegt leerkracht Olga Gaidarzhi (55) trots.
Steun voor Oekraïense school
Het schoolgeld op de christelijke basisschool Stezhynka in Izmajil bedraagt 80 euro per maand. „Geen van de ouders kan dat hele bedrag echter betalen”, zegt algemeen directeur Liliia Kruts. „Het hoogste bedrag dat een van de ouders kan opbrengen is 60 euro.” Sommigen kinderen worden door kennissen gesponsord, omdat hun ouders niet meer dan 5 euro per maand kunnen bijdragen.
Kruts vertelt dat de school ook steun uit het buitenland krijgt. „Onze schoolbankjes en stoelen zijn door een Nederlandse school geschonken.”
In 2010 leek de school even op de rand van de afgrond te staan en kon het bestuur drie maanden lang de salarissen van de leraren niet meer betalen. Kruts: „God heeft ons geholpen, zodat we door konden gaan. Het is onze missie de school open te houden.”