Onrust in Oost-Oekraïne houdt aan
In Donbass in het oosten van Oekraïne zijn opnieuw doden en gewonden gevallen. Door de opgelaaide vijandelijkheden tussen Oekraïense legereenheden en pro-Russische separatisten zijn donderdag twee soldaten van het regeringsleger gedood. Veertien anderen raakten gewond.
De slachtoffers vielen door aanvallen met raketwerpers en artillerie van de separatisten, aldus een verklaring van de legerleiding in de hoofdstad Kiev. De separatisten op hun beurt houden vol dat het leger de aanvallen zonder aanleiding uitvoerde en dat daarbij vijf burgers gewond zijn geraakt.
De gouverneur van het gebied bij de stad Donetsk heeft de partijen opgeroepen de vijandelijkheden onmiddellijk te staken. Hij probeert de voorzieningen voor stroom, water en verwarming te laten herstellen. De winterkoude is hevig in het gebied.
EU-president Donald Tusk riep Rusland donderdag op zijn invloed bij de separatisten te gebruiken om de beschietingen te staken. Volgens hem dreigt de humanitaire situatie rond Avdiivka bij Donetsk „kritiek” te worden. „De gevechten moeten onmiddellijk stoppen.” Hij noemde daarbij expliciet de „Russische agressie”.
Secretaris-generaal van de NAVO Jens Stoltenberg zei woensdag min of meer hetzelfde. Beide leiders riepen de partijen op zware wapens terug te trekken en de wapenstilstand na te leven, verwijzend naar de Minsk-akkoorden. Verder moeten waarnemers van de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE) onbelemmerd toegang tot de conflictgebieden krijgen.