Nabestaanden treinkapers: belangrijk vonnis
De nabestaanden van de twee gedode Molukse treinkapers hebben opgelucht gereageerd op het tussenvonnis van de Haagse rechtbank om de beëindiging van de treinkaping bij De Punt (1977) nader te onderzoeken.
„Het belangrijkste is dat de verjaring is gestuit en daarmee is een belangrijke drempel weggenomen”, reageert Chris Uktolseja, broer van de gedode vrouwelijke treinkaper Hansina Uktolseja. Hij zegt opgelucht te zijn dat nu eindelijk duidelijk wordt wat er veertig jaar geleden precies is gebeurd.
Uktolseja benadrukt dat het voor hem geen persoonlijke zaak is tegen betrokken mariniers. „Die jongens deden hun werk.” Wel verwijt hij de Staat dat belangrijke vragen rond de dood van zijn zus mogelijk zijn toegedekt. „We kunnen de zaak niet meer terugdraaien, maar we hebben nooit bevredigende antwoorden over haar dood gekregen.”
Volgens de rechtbank staat vast dat zij van korte afstand door een marinier is doodgeschoten. Ze was toen al gewond.
Advocate Liesbeth Zegveld zegt namens de nabestaanden het „heel goed” te vinden dat de mariniers nu worden gehoord over de omstandigheden waaronder de twee kapers zijn gedood. „Want de nabestaanden kunnen niet accepteren dat als mensen in hun eigen bloed liggen, ze nog een keer door het hoofd worden geschoten.”
De advocate noemt het tussenvonnis van de Haagse rechtbank „in lijn met wat we steeds hebben betoogd”. Volgens haar is de nabestaanden sinds 1977 „telkens een rad voor ogen gedraaid”. Zij hekelt vooral het feit dat de Staat gegevens heeft achtergehouden. „Dan ontneem je nabestaanden de mogelijkheid hun recht te halen.”