„Wat in Gambia kan, kan in heel Afrika”
De oud-president die geen oud-president wilde zijn, Yayah Jammeh, verliet Gambia zaterdagavond uiteindelijk om plaats te maken voor zijn opvolger Adama Barrow. Vier vragen en antwoorden over een bijzondere presidentswissel.
Wat ging eraan vooraf?
President Jammeh was 22 jaar in Gambia aan de macht, maar weigerde zich in december neer te leggen bij zijn verkiezingsnederlaag. Toen internationale diplomatieke druk op Jammeh om toch op te stappen geen resultaat had, vielen troepen van de buurlanden vorige week Gambia binnen. Op de Gambiaanse ambassade in Senegal werd Barrow donderdag alvast beëdigd als president.
Hoe dicht was Gambia bij een oorlog?
De situatie was uiterst gespannen, maar vorige week werd al duidelijk dat de Gambiaanse legerleiding geen trek had in een oorlog. „We gaan ons niet in een militair conflict storten, dit is een politiek probleem”, verklaarde legerleider Ousman Badjie. Daarmee was de teerling feitelijk geworpen.
Wat zijn de belangrijkste uitdagingen voor Barrow?
Gambia is een verdeeld land, waar ook Jammeh nog altijd steun geniet. Een opmerkelijk groot aantal mensen zwaaide hem zaterdagavond op de luchthaven uit. De nieuwe regering zal er dus werk van moeten maken alle partijen te verenigen en ruimte te geven. Dat zal nog niet gemakkelijk zijn in een land dat democratie twee decennia heeft moeten ontberen.
In een interview met The New York Times zei Barrow gisteren het herstel van de economie als prioriteit te beschouwen.
Persoonlijk beleeft de nieuwe president zware tijden. Hij verloor vorige week zondag zijn oudste zoontje van 8 na een aanval door een hond. „Het is een heel moeilijke situatie”, zei hij er gisteren over in The New York Times. „Maar als politicus moet je sterk zijn. Ik ben sterk genoeg.”
Wat betekent Jammehs vertrek voor andere Afrikaanse landen?
Democratische bewegingen weten nu: als zo’n afgedwongen vertrek in Gambia kan, kan het elders ook. Tegelijk merken critici op dat een conflict in het kleine Gambia laaghangend fruit is. Interventie in een land als Egypte zou pas echt hoopgevend zijn.