Wereldwijde brandhaarden in 2017
Het ziet ernaar uit dat de grote crises van het jaar 2016 ook het beeld van dit nieuwe jaar zullen bepalen. Sommige hebben het nieuws van het afgelopen jaar sterk bepaald, andere minder. Een overzicht van waarschijnlijk de belangrijkste brandhaarden én verkiezingen in het nieuwe jaar.
Democratische Republiek Congo
De regels waren duidelijk: op maandag 19 december 2016, middernacht, liep de laatste termijn van de Congolese president Joseph Kabila af. Maar op 20 december zat hij nog gewoon op het pluche, zeer tot woede van de oppositie. En die is groot: bij een recente peiling zei nog maar 7 procent van de bevolking de president te steunen.
De partij van Kabila beweert dat de verkiezingen om allerlei redenen pas in 2018 gehouden kunnen worden. Critici schamperen echter dat het uitstel voor Kabila slechts een sluw middel is om tóch langer aan de macht te blijven. De oppositie eisen nu een interim-regering, geleid door een nieuwe president.
Bij de politieke crisis komt dat het land in een diepe sociale misère zit. Er is weinig voor nodig om de vlam in de pan te doen slaan. De Rooms-Katholieke Kerk speelt een belangrijke rol in pogingen vrede te bewerkstelligen en uit daarbij scherpe kritiek op de president, die lid is van de kerk. Saillant detail is dat Kabila uit woede daarover inmiddels naar een protestantse kerk gaat.
Zuid-Sudan
In Zuid-Sudan is de spanning al lang om te snijden. Het conflict begon als een strijd tussen president Salva Kiir, een Dinka, en voormalig vicepresident Riek Machar, een Nuer. Machar is inmiddels het land uit, maar de onlusten zijn nog niet verdwenen. Tal van gewapende groepen maken grote delen van het land onveilig. Kiir probeert zijn invloedssfeer intussen te verstevigen. Machar heeft de strijd bovendien nog altijd niet opgegeven en heeft bezworen terug te keren.
De speciale VN-adviseur voor de preventie van genocide, Adama Dieng, waarschuwde in november voor een mogelijke genocide in het land. Hij zei dat „alle tekenen er zijn voor een ontwikkeling richting genocide bij een verdere escalatie van geweld.”
Sinds de burgeroorlog in Zuid-Sudan eind 2013 begon, zijn er naar schatting tienduizenden mensen omgekomen. Een miljoen mensen sloegen op de vlucht naar buurlanden als Uganda. In Zuid-Sudan zijn hulpverleners hun leven niet zeker.
Libië
Libië staat al jaren te boek als een van de gevaarlijkste en onoverzichtelijkste plekken op aarde. Sinds de val van Muammar Gaddafi in 2011 bevindt het land zich in een staat van totale wetteloosheid. Er zijn drie regeringen die allemaal de zeggenschap opeisen. Twee van die regeringen zetelen in de hoofdstad Tripoli, één in het oostelijke Tobruk. De tegenstelling tussen het oosten en het westen van Libië is oud, maar kwam na de val van Gaddafi in alle heftigheid naar boven.
Naast de regeringen opereren er nog eens naar schatting 1600 milities, die het in hun eigen regio’s de facto voor het zeggen hebben. IS controleerde lange tijd verschillende steden, maar werd eind vorig jaar verslagen in zijn laatste bolwerk Sirte.
Het belangrijkste is nu dat een escalatie tussen de verschillende partijen wordt voorkomen. Eerdere internationale pogingen om een brede regering samen te stellen, hadden echter niet het beoogde effect.
Syrië
In Syrië is sinds kort een wapenstilstand van kracht, na vijf jaar van bloedige oorlog. Daardoor zijn meer dan 300.000 mensen om het leven gekomen en miljoenen burgers op de vlucht geslagen. Grote delen van het land liggen volledig in puin.
Het bestand wordt nog regelmatig geschonden. En organisaties als Islamitische Staat en aan al-Qaida gelieerde groeperingen zijn sowieso van de overeenkomst uitgesloten. Dus zal ook dit jaar de Syrische bevolking met oorlog worden geconfronteerd.
Complicerende factor is dat er zo veel verschillende partijen in Syrië militair actief zijn. Veelal met tegengestelde belangen. Dat maakt het land tot een kruitvat dat gemakkelijk grote internationale repercussies teweeg kan brengen.
Jemen
Jemen geldt als een van de belangrijkste falende staten. De centrale regering in Sanaa heeft geen controle over wat er in de rest van het land gebeurt. Vooral niet nu Huthirebellen in het zuiden een gewapende strijd tegen het regeringsleger voeren.
Het soennitische Saudi-Arabië voert aanvallen uit op de Huthi’s, die weer door het sjiitische Iran worden gesteund. De aloude en zich steeds verder verscherpende tegenstelling tussen soennieten en sjiieten komt in Jemen pijnlijk aan de oppervlakte door een oorlog-op-afstand. Die sektarische tegenstelling en de bemoeienis van twee regionale grootmachten maken het conflict in Jemen extra gevaarlijk.
Afghanistan
De Afghaanse bevolking leeft al decennialang met geweld. De inval van de Sovjet-Unie van 1979. De niet-aflatende strijd tussen krijgsheren. Het aanpakken van al-Qaida na de aanslagen van 11 september 2001. Terreur van de taliban.
Wat dat betreft belooft ook 2017 weinig goeds voor de Afghanen. De afgelopen maanden zijn de gevechten tussen de taliban en NAVO-troepen geïntensiveerd. Ook het aantal aanslagen op westerse doelen nam toe. Zo werd op 10 november een aanslag gepleegd op het Duitse consulaat in Mazar-i-Sharif. Daarbij kwamen meer dan dertig burgers om het leven.
Centraal-Afrikaanse Republiek
Ondanks vreedzame verkiezingen, begin vorig jaar, zijn er heftige spanningen tussen de regering en verschillende gewapende groepen en oppositie. In 2012 kwam het tot een burgeroorlog na een couppoging van de rebellengroep Seleka. Een andere groep rebellen, de anti-Balaka, namen vervolgens de wapens op tegen Seleka.
Mali
In de Malinese hoofdstad Bamako tekenden de belangrijke rivalen in het land in 2015 een vredesovereenkomst, maar van de implementatie komt weinig terecht. In het noorden, waar ook het Nederlandse leger actief is, maken verschillende rebellengroep het leven nog altijd onveilig. Militanten van al-Qaida voeren aanvallen uit op onder anderen VN-soldaten.
Myanmar
In Myanmar is het geweld de afgelopen maanden opnieuw fors toegenomen. Op 9 oktober pleegden rebellen een aanslag op een basis van het regeringsleger. Sindsdien voeren veiligheidstroepen vergeldingsacties uit. Zij worden beschuldigd van grove schendingen van de mensenrechten.
Het optreden van de militairen richt zich vooral op leden van de overwegend islamitische Rohingyastam. Tienduizenden mensen zijn op de vlucht geslagen, zowel binnen Myanmar als naar buurland Bangladesh.
Ook aan de noordgrens met China is het onrustig. Daar pleegden vier gewapende groepen in november gezamenlijk een aanslag op het regeringsleger.
Venezuela
Onder leiding van de Verenigde Naties en het Vaticaan is eind vorig jaar een ”nationale dialoog” gestart in Venezuela. Die volgde op maandenlange straatprotesten, die niet zelden in geweld uitmondden.
De betogers zijn zo ongeveer over alles wat de regering doet ontevreden. Variërend van schendingen van de mensenrechten, tot het vastzetten van burgers wegens hun politieke opvattingen en het economisch wanbeleid van de overheid.
De Venezolaanse regering heeft nog weinig signalen gegeven dat ze tot concessies is bereid. En dus liggen nieuwe gewelddadige protesten op de loer.
Bij het overzicht van de belangrijkste en andere conflicten is een analyse van de International Crisis Group gevolgd.