Wen is bezig aan een rondreis door Europa en bracht voor zijn komst naar Brussel een vierdaags bezoek aan Duitsland. Behalve over het wapenembargo zal Wen waarschijnlijk ook spreken over het enorme Europese handelstekort met China en een betere bescherming van het merkenrecht.

Europa verwijt China onvoldoende op te treden tegen het op grote schaal namaken van producten. Deskundigen schatten dat de illegale productie van goederen in China, uiteenlopend van merkkleding tot cd’s en films, westerse bedrijven jaarlijks zo’n 13 miljard euro kost.

De Verenigde Staten zijn onlangs een procedure bij de Wereldhandelsorganisatie (WTO) gestart tegen China. De EU wil eerst langs diplomatieke weg proberen resultaten te bereiken. De Chinese regering zegt de afgelopen jaren een grootschalig offensief te zijn begonnen tegen de piraterij van merkgoederen.

De Europese Commissie is er ook op voorbereid dat China bij commissievoorzitter Prodi gaat aandringen op opheffing van het wapenembargo van de EU. „We zullen daar geen eigen standpunt over innemen”, aldus woensdag een woordvoerster. „De discussie daarover gaat voorlopig voort. We verwachten ook niet dat die discussie voor het einde van het Ierse voorzitterschap van de EU is afgerond.”

Ierland is tot en met juni voorzitter van de Unie. Daarna is Nederland aan de beurt.

Vooral Frankrijk dringt erop aan het wapenembargo tegen China op te heffen. China wil graag Franse gevechtsvliegtuigen kopen. Nederland is een van de warmste pleitbezorgers van het wapenembargo tegen China, dat begin jaren negentig werd ingevoerd na het bloedige neerslaan van de opstand op het Plein van de Hemelse Vrede (Tiananmen) in Peking.