Automakers in schijnwerpers op Wall Street
De aandelenbeurzen in New York noteerden woensdag halverwege de handelssessie eensgezind hoger. Vooral automakers als Ford en General Motors (GM) stonden in de belangstelling na beter dan verwachte verkopen in de VS in de laatste maand van 2016. Beleggers kijken verder uit naar de notulen van de meest recente beleidsvergadering van de Fed, die later op de dag worden gepubliceerd.
De Dow-Jonesindex stond omstreeks 19.30 uur (Nederlandse tijd) 0,2 procent hoger op 19.924 punten. Daarmee schoof de toonaangevende index een fractie op richting de historische grens van 20.000 punten. De brede S&P 500 steeg 0,5 procent tot 2269 punten, terwijl technologiegraadmeter Nasdaq 0,8 procent aandikte tot 5473 punten.
GM kan tevreden terugkijken op de laatste maand van 2016, waarin het moederbedrijf van onder meer Chevrolet en Cadillac zijn Amerikaanse verkopen met 10 procent zag stijgen. Daarmee presteerde GM veel beter dan verwacht. Het werd daarvoor ook door beleggers beloond. Het aandeel GM won 5,5 procent.
Ook Ford behoorde met een plus van 5 procent tot de sterkste stijgers door met de decemberverkopen de verwachtingen van analisten te overtreffen. Fiat Chrysler (plus 1,2 procent) presteerde eveneens beter dan verwacht, ook al wist het 10 procent minder auto’s te slijten.
Het aandeel Tesla dikte 4,2 procent aan ondanks tegenvallende verkoopcijfers over 2016.
Webwinkel Amazon won 0,6 procent. Het zag zijn leveringen aan andere winkeliers tijdens de feestdagen sterk stijgen. Creditcardmaatschappij Mastercard (plus 0,8 procent) stuitte op verzet van Britse toezichthouders bij zijn beoogde overname van de dienstverlener voor het betalingsverkeer VocaLink.
Farmaceut Agile Therapeutics verloor bijna 50 procent aan beurswaarde. Het bedrijf meldde dinsdag dat ruim de helft van de vrouwen die deelnamen aan een onderzoek naar een nieuw anticonceptiemiddel zich vroegtijdig uit de studie hebben teruggetrokken. Het onderzoek leverde volgens het bedrijf wel positieve resultaten op.
De prijs van Amerikaanse olie steeg 1,8 procent naar 53,25 dollar per vat. Brent werd 1,7 procent duurder, bij 56,42 dollar per vat. De euro werd voor 1,0472 dollar verhandeld, tegen 1,0477 dollar bij het slot van de Europese beurzen.