Buitenland

In de kou én in de schaduw van de welvaart

Nergens steeg de welvaart de afgelopen jaren zo snel als in Duitsland. Maar de bedelaars langs de weg krijgen daar steeds minder van. „Mensen geven hier liever geld voor de hond dan voor zijn bedelende baasje”, aldus Mariusz Zajac.

Elise de Waal
8 December 2016 11:01Gewijzigd op 16 November 2020 09:17
Ook in Duitsland zijn de sociale voorzieningen versoberd. Sommige mensen zien zelfs in de winter geen andere mogelijkheid dan gewoon op straat te slapen. Kerken en opvangorganisaties willen graag helpen, maar kunnen niet iedereen van dienst zijn.   beeld
Ook in Duitsland zijn de sociale voorzieningen versoberd. Sommige mensen zien zelfs in de winter geen andere mogelijkheid dan gewoon op straat te slapen. Kerken en opvangorganisaties willen graag helpen, maar kunnen niet iedereen van dienst zijn.  beeld

De 30-jarige Zajac is zelf dakloos geweest, en verkoopt nu de succesvolle straatkrant van ”Hinz und Kunzt”, een christelijke hulporganisatie voor daklozen. De uitdrukking Hinz und Kunzt is Duits voor ”Jan en alleman”.

De 43-jarige Nasser kan erover meepraten. Al acht jaar zwerft hij door de straten van Hamburg. Op het station in Hamburg zit hij in zijn rolstoel te slapen. Zijn rechtervoet zit in het gips. Een dikke tabakslucht hangt om hem heen. Hij rookt veel, vertelt hij. Zijn dagelijkse portie sigaretten is zo belangrijk dat hij er zelfs zijn ziekenhuis op uitzoekt. „Zonder tv en sigaretten word ik nerveus. Dan ga ik te veel nadenken over de nare dingen in mijn leven. Sigaretten zijn maar in twee ziekenhuizen gratis. Ik heb niet altijd genoeg geld om ze te kopen.”

Het ziekenhuis wordt voor hem betaald – dat wel. Toch is de stad volgens Nasser minder sociaal geworden. „Hulporganisaties zijn er genoeg, maar er is een tekort aan slaapplekken. Ik ben elke dag bezig met overleven. Mensen willen nog geen euro geven. Door de grote toestroom aan asielzoekers vorig najaar is er eveneens te weinig geld voor Hamburgse daklozen. Ik begrijp dat ze hierheen komen, maar het geld zou beter verdeeld moeten worden. Ik zou graag willen werken, maar dat is moeilijk. In de horeca kunnen werkplekken niet altijd worden aangepast.”

Nasser kan, op een goede kennis na, op niemand terugvallen. „Mijn zus en vader willen geen contact en mijn moeder heeft in 1992 zelfmoord gepleegd.”

De dakloze in de rolstoel doet zijn verhaal te midden van stromen wandelende reizigers. Sommige mensen kijken meewarig op hem neer. Nasser ervaart die neerbuigende houding vaker, het maakt hem eenzaam.

Speeltuinen

Steun heeft hij wel, in het geloof. Jezus is zijn voorbeeld, zegt hij. „Hij komt binnen twintig jaar terug. Ik wil zijn ideeën in de praktijk brengen. Ik wil kinderspeeltuinen, waterplekken en woningen bouwen, overal ter wereld. Dat hoop ik nog te bereiken in mijn leven.”

Niet iedereen in Hamburg heeft zo’n groot vertrouwen. Vooral in het centrum zijn er weinig christenen te vinden. In de buitenwijken is dat aantal ook afgenomen, maar volgens de statistieken is 30 tot 40 procent van de inwoners nog christen. „Juist uit die wijken komen veel van onze vrijwilligers”, vertelt de predikante van de evangelische Jacobikirche, Lisa Tsang. „Veel mensen in de stad zijn individualistischer en minder betrokken bij de kerk.”

Ondanks dat nog niet de helft van de stad lid is van een kerk, is er een breed netwerk van twintig tot veertig organisaties die vanuit christelijke motivatie hulp bieden aan onder anderen daklozen. Ds. Tsang: „We staan open voor iedereen. Iedere persoon die hulp nodig heeft, willen wij helpen. Gesprekken met niet-gelovigen houden me juist scherp. Er zijn kerken die je alleen helpen als je lid wordt, dat vind ik niet oké.”

Lastig zijn wel de dalende inkomsten, want veel mensen willen geen kerkbelasting meer betalen. Daar maakt ds. Tsang zich zorgen over. „Er zijn genoeg mensen die willen helpen in de kerk. Maar voor vaste medewerkers is geld nodig. Daarom proberen we nu mensen uit het stadscentrum meer bij onze kerk te betrekken.” Haar werk is verder vooral praktisch. „Ik regel dingen als medicijnen en eetbonnen. Geld geven doen we niet. Daarvan kunnen mensen drank en drugs kopen.”

Ze kan ook niet iedereen helpen. „Er zijn veel Oost-Europeanen. Veel van hen vinden geen aansluiting, soms omdat ze weinig scholing hebben, of vanwege de grote vluchtelingenstromen. Dat kan een vicieuze cirkel worden. Veel mensen denken dat bijvoorbeeld Roma allemaal lui zijn en niet willen werken. Daklozen op straat kunnen zo’n beeld makkelijk bevestigen.”

Asielzoekers moeten ook regelmatig bedelen. Sociaal werker Stephan Karrenbauer: „Op 5000 daklozen zijn 3000 overnachtingsplekken onvoldoende. En de 1000 extra plekken in de winter lossen dat probleem niet op.”

Het tekort aan betaalbare taalcursussen maakt het ook moeilijker om goed te integreren. „Mensen kunnen hierdoor lastiger werk vinden. Zonder werk vind je ook heel moeilijk een woning.”

Karrenbauer merkt, evenals Tsang, dat er veel vooroordelen zijn over bedelende daklozen. Door publiciteit te zoeken op de lokale tv en andere media probeert hij het beeld te nuanceren.

Versoberd

Onder de daklozen zijn steeds meer vijftigers en zestigers. Op de arbeidsmarkt zijn mensen van die leeftijd kwetsbaarder, en ze worden eerder ontslagen dan jongeren. Het sociale stelsel in Duitsland is behoorlijk versoberd. Zo is de werkloosheidsuitkering gedaald van 36 naar 18 maanden voor 55-plussers.

Jongere mensen krijgen deze uitkering slechts een jaar, daarna wacht de bijstand. Die bedraagt maandelijks 404 euro. Er zijn wel toeslagen, maar die zijn te laag om van te leven, zo bleek uit onderzoek van de Duitse overheid. Ook gestegen huurprijzen, een langzaam oplopende pensioenleeftijd, een stijgende zorgpremie en een tekort aan betaalbare huurwoningen dragen bij aan de armoede.

Werkloosheid speelt vooral onder de ouderen op de arbeidsmarkt. Voor jongeren is er wel werk. En dat was de reden dat Mariusz vanuit zijn Poolse woonplaats naar Hamburg verhuisde. Hij werkte als automonteur. Maar door gebrek aan veiligheidsmaatregelen kreeg hij een keer te maken met een explosie. Daar kwamen wat vervelende ervaringen bij, en toen raakte hij werkloos.

Hij ging uit bedelen en raakte aan de drugs. Maar hij wil zijn leven weer op de rails krijgen. Zijn vriendin helpt hem. „Door haar gebruik ik sinds najaar 2014 geen drugs meer.” Maar al is hij clean, zo voelt het nog niet. „Mijn hoofd is kapot. Ik voel me vaak leeg en mis een doel. Ik hoop binnenkort met een traumaverwerkingstherapie te kunnen beginnen.”

Drank en drugs, psychische problemen, dakloosheid – de groep mensen met al deze zware problemen is klein, maar ze hebben zo veel hulp nodig dat er te veel tijd en geld in gaat zitten. Karrenbauer: „Bij een deel van de jongeren zien we dat ze het drankgebruik van hun ouders overnemen. Vaak werken zij al twintig of dertig jaar niet. Dan krijg je niet het goede voorbeeld. Ook worden veel mensen niet wijs uit alle formulieren die ze moeten invullen voor een re-integratietraject. Die moeten gedwongen worden te werken op een werkplek die niet bij hen past.”

Maar zomaar al het werk aanpakken, lukt niet altijd. Ook voor Nasser bijvoorbeeld duurt het nog even voor hij aan het werk kan, zegt hij. „Mijn paspoort was laatst gestolen en dat heb je nodig om voor Hinz und Kunzt de krant te kunnen verkopen. Eerder was ik te ziek of had ik geen energie.”

De man met zo veel dromen lijkt toch lamgeslagen door het harde leven op straat. Dan verschijnt er weer een voorzichtige lach. „Gelukkig heb ik nu een nieuw paspoort.” En daarmee kan hij hopelijk een nieuwe start maken bij Hinz und Kunzt.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer