VN eisen onderzoek naar geweld Thailand
De Thaise autoriteiten moeten zo snel mogelijk een diepgaand en open onderzoek instellen naar de gevechten in Zuid-Thailand waar eerder deze week ten minste 113 mensen bij omkwamen. Dat heeft de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten van de Verenigde Naties Bertrand Ramcharan vrijdag gezegd.
Volgens VN-verdragen mogen leger en politie nooit meer geweld gebruiken dan strikt noodzakelijk is in een bepaalde situatie, zei Ramcharan. De VN-commissaris uitte daarmee openlijk zijn bedenkingen over het optreden van het Thaise leger en de politie, die woensdag 108 lichtbewapende jonge mannen doodschoten. De mannen vielen woensdag veelal met niet meer dan een kapmes als wapen in groepen controleposten en politiebureaus aan. Bij de aanval kwamen drie politieagenten en twee soldaten om het leven.
De meeste kritiek is geuit op het optreden van Thaise veiligheidstroepen bij de belegering van een moskee, waar zich een aantal strijders had verschanst. Soldaten beschoten de moskee met machinegeweren, raket- en traangasgranaten. Alle 32 strijders in de moskee kwamen bij de aanval om.
Het Thaise ministerie van Buitenlandse Zaken noemde het hoge dodental door het optreden van leger en politie betreurenswaardig, maar verklaarde ook dat er gezien de schaal en intensiteit van de aanvallen een sterk antwoord nodig was om de openbare orde en veiligheid te waarborgen.
Militair topadviseur van de Thaise regering in Zuid-Thailand, generaal Kitti Rattanchaya, zei vrijdag dat de aanvallen van woensdag het werk waren van een groeiende beweging van moslims die een eigen islamitische staat wil stichten in het zuiden van het land. Volgens hem zijn honderden strijders bereid zich op te offeren voor dat doel. Separatisten zijn al jaren bezig met het trainen van strijders op religieuze scholen, zei de adviseur.