Schouten uitte haar kritiek woensdagmiddag in het Kamerdebat over het wetsvoorstel dat het dragen van gezichtsbedekkende kleding (boerka’s, nikabs, bivakmutsen en integraalhelmen) verbiedt in overheidsgebouwen, ziekenhuizen, openbaar vervoer en scholen.

GroenLinks is net als D66 en de Groep Kuzu/Öztürk een uitgesproken tegenstander van het kabinetsplan. Volgens deze partijen is een verbod op gezichtsbedekkende kleding niet nodig omdat scholen al de mogelijkheid hebben om op dit punt regels te stellen en omdat er bij het aanvragen van een paspoort op een gemeentehuis al de plicht bestaat om het gezicht te ontbloten. Diezelfde plicht bestaat op Schiphol.

Een ruime meerderheid in de Kamer steunt het wetsvoorstel wel; waaronder de christelijke partijen. Schouten liet woensdag merken met het onderwerp te hebben geworsteld, vooral omdat het een inperking van de godsdienstvrijheid impliceert. „Maar die vrijheid is nooit absoluut. Er zijn situaties waarin het belang van de samenleving en de maatschappelijke norm zo zwaar wegen dat er toch een inperking van de godsdienstvrijheid nodig kan zijn”, aldus het CU-Kamerlid.

Ook de SGP steunt het wetsvoorstel. „Het dragen van gezichtsbedekkende kleding werkt ten minste belemmerend voor het ervaren van veiligheid en voor open communicatie. Daarom is het logisch te komen tot een verbod op bivakmutsen en boerka’s”, stelde Kamerlid Bisschop.

De kleine christelijke fracties botsten woensdag met GroenLinks, toen woordvoerder Voortman betoogde dat een boerkaverbod niet gepast is en dat de overheid beter kan kiezen voor de weg van (vrijwillige) emancipatie. Schouten kon dat ten enenmale niet rijmen met de manier waarop GroenLinks in het verleden „vooropliep” met pleidooien voor het wettelijk aanpakken van de SGP omdat die partij vrouwen niet toeliet op kandidatenlijsten. „Toen was uw partij er níét voor om dit aan de betreffende groep zelf over te laten en nu wel. Dat is willekeur.”

Enige spanning ontstond er ook in het debat toen Kamerlid Van Klaveren (Groep Bontes/Van Klaveren) aan het begin van zijn betoog opmerkte het „een bizar gezicht” te vinden „dat hier een aantal mensen met een nikab op de tribune zit”, om daar aan toe te voegen: „Dit is letterlijk geen gezicht. Ik ben blij dat wij een einde gaan maken aan dit soort gekkigheid.”

Van Klaveren doelde op zo’n tien vrouwen die, gehuld in nikab, vanaf de publieke tribune het Kamerdebat volgden en die zich na het debat bekendmaakten als leden van de werkgroep “Blijf van mijn niquaab af”. Kamerlid Kuzu (Groep Kuzu/Öztürk) koos precies de tegenovergestelde invalshoek: „Voorzitter, dit zijn bezoekers van de Tweede Kamer en daarmee zijn het gasten. Ik vind dat zij met respect moeten worden behandeld.”

VVD en PvdA namen het tot stand brengen van een beperkt boerkaverbod vier jaar geleden op in hun regeerakkoord. Nu de Tweede Kamer zich erachter heeft geschaard –de stemming is volgende week dinsdag–, moet alleen de Senaat zich er nog over buigen. Partijen als PVV en VVD zouden het liefst een algemeen boerkaverbod willen, maar voor de PvdA is het huidige voorstel, waarin het dragen van een boerka op straat blijft toegestaan, het maximum. De maximale boete is 410 euro. In Nederland dragen enkele honderden vrouwen een boerka of nikab.