Column: Boze burgers horen bij democratie
In deze rubriek reflecteren buitenlandredateuren van het RD op actuele gebeurtenissen in het nieuws. Vandaag: beter boze burgers in het nieuws, dan hopen opgekropte woede onder de mat.
Waar democratie is, daar is rancune en ressentiment. Wie wel eens onrustig wordt van alle geraas en verbittering in de politiek, kan geholpen zijn met deze gedachte. Deze week kwam rond de Algemene Beschouwingen nog eens breed in het nieuws hoe weinig vertrouwen de Nederlandse burger heeft in „de stand van het land.” Chronische ontevredenheid, noemde een krant het. Deze krant schreef: „De boze burger is helemaal terug in het debat.”
Wat er van al dat gemopper ook gezegd kan worden, het blijft opmerkelijk dat er in één van de welvarendste landen ter wereld zoveel wordt gemopperd. Er zijn samenlevingen waar de burger veel minder bedeeld is, maar waar de mensen toch heel wat opgeruimder door het leven gaan.
Tegelijk hoort al dat ressentiment ook helemaal bij een democratische samenleving. Volgens sommigen behoort het zelfs tot het hart ervan. Democratie betekent niet zozeer consensus, maar vooral conflict, maakte de Vlaamse essayist David van Reybrouck enkele jaren geleden duidelijk in zijn pamflet ”Pleidooi voor populisme” (2011). Het is ontspannende lectuur in tijden vol spanningen.
Ook het populisme, dat de stem van het volk heet te zijn, hoort er wat Van Reybrouck betreft helemaal bij. „Het democratisch populisme helpt om de basis van de democratie, het conflict, weer nieuw leven in te blazen”, schrijft hij. Met andere woorden: geef er ruimte aan. Het is de stem van een deel van het volk.
Het meest rustige alternatief is een dicatuur. Wie in zo’n samenleving naar de televisie kijkt of de kranten leest, ziet alleen tevreden mensen. Alle rancune en boosheid wordt vakkundig onder de mat geveegd. Maar iedereen weet dat het wachten is op het moment dat alle opgekropte verongelijktheid er in volle hevigheid onder vandaan spuwt.
Zo zagen we deze week ook boze burgers in Congo, waar tientallen doden vielen bij protesten tegen het bewind. De president probeert daar stilzwijgend zijn termijn te verlengen door verkiezingen voor zich uit te schuiven. Wel zo rustig, vond hij. We zien het al maanden in andere Afrikaanse landen als Ethiopië en Zimbabwe. Al die landen zijn formeel democratieën, maar dan wel democratieën met een minimale ruimte voor boosheid. Daar komen stenen van.
Intussen luistert het wel nauw met alle boze burgers en hun parlementaire vertegenwoordigers in open democratische samenlevingen. Het was essayist Menno ter Braak die in de jaren dertig duidelijk maakte hoe rancune gemakkelijk kan verworden tot een bij uitstek ondemocratische grootheid. „Zij kritiseert niet om het kwaad te verdelgen, maar bedient zich van het kwaad als voorwendsel tot scheldwoorden”, noteerde hij. Het verschil dat hij aantstipt, is nog altijd cruciaal.