“Waarom heeft het college bij een zodanig gevoelige kwestie de kaders van de gemeenteraad niet gerespecteerd en gehandhaafd?”, wilde het CDA weten. Volgens het college heeft de bakkerij om verruiming van de openingstijden verzocht als onderdeel van de proef die in Zeist wordt genomen met een “regelluw centrum”. Doel daarvan is “ondernemerschap, innovatie en samenwerking van detailhandel, horecaondernemers en vastgoedeigenaren te versterken door regels die dit ingewikkeld of onmogelijk maken te schrappen, te veranderen of (tijdelijk) op te schorten”.

Het college meent dat de extra openstelling geen overlast veroorzaakt. “Soortgelijke ondernemers in het centrum van Zeist met een ander type vergunning (daghoreca) verkopen ook op zondagochtend verse broodjes. Dit voorziet in de maatschappelijke behoeften van inwoners en gasten van Zeist en draagt bij aan een positieve, levendige uitstraling van Zeist. Het sluit aan bij de gedachte in het coalitieakkoord om Zeist meer te verlevendigen, meer te laten bruisen.”

Met de centrumondernemers en “andere betrokkenen in de samenleving” gaat het college binnenkort de proef evalueren. “Daarbij zoeken we uiteindelijk een goede balans tussen het geven van ruimte aan ondernemers om aan te sluiten bij de behoeften van klanten, de doelstelling om het centrum bruisend te maken en het belang dat mensen hechten aan de zondagsrust.” De evaluatie moet uitlopen op een voorstel aan de gemeenteraad over “de wijze waarop we in de toekomst om willen gaan met verlichting van de regeldruk”.