Lopik reikt Lydia Blom erespeld uit voor haar inzet voor Lopikerkapel
„Of ik trots ben op mijn erespeld? Dat is niet het goede woord. Ik ben wel blij met de waardering. Ik heb het werk voor Lopikerkapel met liefde gedaan. Het is fijn om iets bij te dragen aan de gemeenschap.”
Lydia Blom (39) kreeg vorige week de erespeld van de gemeente Lopik voor haar inzet voor de gemeenschap van Lopikerkapel. De plechtigheid verraste haar. „Ik wist van niets, ze hebben me compleet beetgenomen. Schitterend. Ik moest voor een vergadering over de inrichting van de oprijlaan van Huis te Vliet naar buurthuis d’Ouwe School.”
Onderwerp van overleg met architect Danny Dudok was de keus voor lantaarnpalen. „Dat was niet zo raar, want Dudok is een bekende architectennaam. Alleen bleek die man achteraf helemaal niet te bestaan.” En er gebeurden meer vreemde dingen: de vergadering vond plaats in een klein, benauwd zaaltje. „Vervolgens moest ik ineens mee naar de grote zaal, stampvol bekenden. Ik stond perplex. Was dat voor mij? Ik ben doof. Iedereen klapte in gebarentaal, met van die wapperende handen. Toen begreep ik pas wat er aan de hand was.”
Burgemeester Westerlaken zette Blom in het zonnetje. Ze schreef drie boeken over de geschiedenis van Lopikerkapel om oude streekverhalen en de dorpsgeschiedenis niet verloren te laten gaan. Verder maakte ze een film over het leven in ‘Kapel’. Ook was ze initiatiefneemster –en nu nog voorzitter– van de stichting Lopikerkapel, die tal van activiteiten organiseert, én de drijvende kracht achter de restauratie van de monumentale Holle Brug.
Daarnaast was ze betrokken bij de zondagsschool, de jeugddienstcommissie van de hervormde kerk, de klankbordgroep van het dorp en nog een serie andere activiteiten. De lof vond Blom wat al te gortig. „Het was een fijne avond. Een prachtige waardering. Maar nu is het mooi geweest, we gaan weer over tot de orde van de dag.”
Burgemeester Westerlaken wees er in haar toespraak op dat de inzet van Blom des te opmerkelijker is, omdat haar gezondheid haar regelmatig in de steek laat. De Kapelse lijdt sinds haar jeugd aan neurofibromatose type 2. „Ik maak geen eiwit aan om de schade aan het zenuwstelsel, die iedereen oploopt, te herstellen. Dat is genetisch bepaald.”
Op haar derde kreeg ze gezichtsverlammingen, op haar 23e werd ze doof. Daarnaast kreeg ze op toen ze 15 jaar was leukemie, enkele jaren later gevolgd door borstkanker. Door haar gezondheidsproblemen moest ze stoppen met haar werk als verloskundige, later bleek het ook onmogelijk om als secretaresse in een ziekenhuis te blijven werken. Opstandig werd Blom nooit. „Vorig jaar ben ik nog geopereerd en ik word regelmatig bestraald. Mijn doofheid is het vervelendst, echt irritant. Het is allemaal niet altijd even gemakkelijk, maar ik blijf vrolijk.”
De problemen met haar gezondheid zorgden ervoor dat ze nieuwe wegen zocht om dienstbaar te zijn. „Ik beschik over kennis, ik wil werken. Ik vraag me steeds af wat ik kan doen.” Naast haar inspanningen voor Lopikerkapel bezoekt ze zieken, eenzamen en alleenstaanden. Verder zou ze nog een boek willen schrijven. „Ik krijg veel zware behandelingen. Natuurlijk zie ik daartegen op. Maar ik kan de zorgen uit handen geven. Ik heb er vrede mee. Dat komt door mijn geloof. Dat geeft rust. Het is goed zo.”