Joegoslavië wil proces bijwonen
Joegoslavië heeft het oorlogstribunaal van de Verenigde Naties in Den Haag verzocht om het proces tegen ex-president Slobodan Milosevic te mogen bijwonen.
De Joegoslavische regering vreest dat het proces nadelig zal uitpakken voor haar reputatie. Minister van Buitenlandse Zaken Goran Svilanovic zei dat Joegoslavië het niet alleen via de media wil volgen.
Tot nu toe had de Joegoslavische regering zoveel mogelijk afstand bewaard tot het proces. De Servische premier Zoran Djindjic verklaarde vorige week dat zijn land genoeg had gedaan door Milosevic uit te leveren. De voormalige president „is een probleem dat ons land niet langer belast”, zei hij. Maar Milosevic is zijn verdediging begonnen met te zeggen dat niet alleen hij terechtstaat, maar ook de hele Servische bevolking. In Servië is daarop verontwaardigd gereageerd.
Milosevic beschuldigde in de eerste week van het proces de NAVO ervan oorlogsmisdaden te hebben gepleegd in Kosovo en beweerde zijn land slechts te hebben verdedigd. Hij zei leiders van de NAVO-lidstaten voor de rechtbank te willen ondervragen. Of de rechtbank daarmee instemt is de vraag, maar de Italiaanse voormalige minister van Buitenlandse Zaken, Lamberto Dini, zei zaterdag al dat hij er geen bezwaar tegen zou hebben om te getuigen. Volgens Dini waren de luchtaanvallen van de NAVO gerechtvaardigd omdat het Joegoslavische leger een genocide aan het plegen was in Kosovo. Dini en andere leden van de toenmalige Italiaanse regering zijn tijdens de luchtaanvallen op Kosovo en Servië wel blijven proberen om de Serviërs terug naar de onderhandelingstafel te krijgen.
De vrouw van Milosevic, Mira Markovic, zei zaterdag in een interview met het Joegoslavische weekblad Nacional dat ze trots is op de manier waarop Milosevic zich verdedigt. „Hij is ervan overtuigd dat hij de waarheid zegt en legt dat tot in details uit, dus het is voor hem gemakkelijk om volledig superieur en ontspannen te zijn”, aldus Markovic. „Mensen die liegen kunnen niet zo overtuigend en zelfverzekerd zijn.”
Mira Markovic vertelde verder dat zij haar man vrijdag telefonisch heeft gesproken aan het begin van de tweede dag van zijn uiteenzetting voor het tribunaal. Zij volgt het proces thuis via de televisie. Naar de presentatie van de aanklager heeft zij echter niet gekeken, vertelde zij.
The Sunday Times meldt dat Milosevic zou overwegen toch een advocaat in de hand te nemen om voor hem te pleiten bij het Joegoslavië-tribunaal. Milosevic, die maandag weer aan het woord zal komen voor het tribunaal, heeft tot dusver zelf het woord gevoerd. Het aanstellen van een advocaat zou in zijn visie namelijk impliceren dat hij het tribunaal erkent. De ex-president meent evenwel dat het VN-hof illegaal is. Waarom Milosevic nu toch zou kiezen voor een advocaat, maakt het bericht in The Sunday Times niet duidelijk.
Het tribunaal stelde eerder drie juristen (”vrienden van het hof”) aan toe te zien op een eerlijk verloop van het proces. Ze zijn formeel geen raadslieden van Milosevic. De Nederlander Wladimiroff is een van de drie ”amici curiae”.
De Britse zondagskrant meldt overigens ook dat Biljana Plavsic bereid is tegen Milosevic te getuigen. De inmiddels 71-jarige Plavsic kwam in januari 2001 vrijwillig naar Den Haag. Zij was de enige vrouw in de VN-cellen in Scheveningen en tevens de oudste gedetineerde. Plavsic maakte tijdens de oorlog in Bosnië (1992-95) deel uit van de Bosnisch-Servische politieke top rond Radovan Karadzic. Zij is, behalve wegens genocide, aangeklaagd wegens misdaden tegen de menselijkheid en oorlogsmisdaden, zoals uitroeiing, moord, vervolging en deportatie.
Het Joegoslavië-tribunaal bepaalde vorig jaar om Biljana Plavsic voorlopig vrij te laten. De voormalige presidente van Republika Srpska mag het begin van haar proces afwachten in Servië. Volgens The Sunday Times zal Plavsic verklaren dat Milosevic, in tegenstelling tot wat hij zelf beweert, wel degelijk Bosnisch-Servische troepen tijdens de oorlog aanstuurde en ook betaalde.
Milosevic kondigde afgelopen week aan een grote reeks (voormalige) westerse leiders, ministers en diplomaten te willen oproepen als getuigen. De voormalige Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Albright, die ook op het lijstje staat, vindt dat de Amerikaanse regering maar moet beslissen of ze naar Den Haag moet gaan.
„Welke actie ik ook heb ondernomen, ze waren altijd als een Amerikaanse overheidsfunctionaris. Het is dan ook aan de regering die een besluit zou moeten nemen over een eventuele getuigenis”, aldus Albright zondag.