Relatie Turkije en EU blijft moeizaam
Een poging om de betrekkingen tussen de Europese Unie en Turkije te normaliseren heeft niet veel opgeleverd. De volgens sommige diplomaten „vergiftigde” relatie blijft problematisch, bleek zaterdag na overleg in Bratislava.
De Europese ministers van Buitenlandse Zaken spraken in de Slowaakse hoofdstad met de Turkse minister voor EU-zaken Ömer Çelik. Beide partijen spraken wel hun intentie uit om „ constructief” te werken aan normale relaties. Çelik had het over een „heel sterke consensus” om een „positieve agenda” voorop te stellen.
De Europese landen hebben scherpe kritiek op de Turkse omgang met de mensenrechten en de rechtsstaat na de mislukte couppoging van zes weken geleden. De Turken zijn juist teleurgesteld in het gebrek aan steun vanuit Europa.
Het regime van de Turkse president Erdogan heeft in een ongekende zuiveringsoperatie tienduizenden aanhangers van het vermeende brein achter de coup, de geestelijke Fethullah Gülen, opgepakt en critici monddood gemaakt. De Turkse minister verdedigde de aanpak van de „Gülen-terroristen”. Hij betitelde uitspraken van Europese politici die Erdogan een dictator noemen als „zeer ongepast”. „Turkije is niet uit op wraak, maar gerechtigheid.”
De EU-ministers willen de ondergraving van de rechtsnormen in Turkije grondig laten evalueren door de Raad van Europa. De Turkse minister zei de rechtsstaat belangrijk te vinden, maar benadrukte dat de strijd tegen terrorisme nu voorrang heeft. Aanpassing van de terrorismewetgeving, een voorwaarde voor visumvrij reizen naar de EU, is pas „in de toekomst” een optie, besloot Celik.