Piotr Koper en Andreas Richter denken dat de nazi’s in de nadagen van de Tweede Wereldoorlog een schattrein hebben begraven in een gangenstelsel in Neder-Silezië. Ze wilden de kostbaarheden, waaronder joodse schatten en panelen uit een Russisch paleis, verbergen voor het oprukkende Rode Leger. Als dat echt zo is, hebben ze goed werk geleverd, want van de trein is sindsdien nooit meer iets gezien. Deskundigen die vorig jaar onderzoek deden in het gebied, zagen op een grondradar wel een structuur die op een tunnel leek op zo’n 9 meter diep, maar concreter dan dat is het bewijs niet.

Koper, Richter en hun team van zo’n 35 gravers hebben nu een grondboor besteld om verder te zoeken. Over enkele dagen hopen ze het werk te hervatten.