Binnenland

„VPRO biedt terroristenfan podium”

Verontwaardigd is ze. Opiniemaker Esther Voet verfoeit het dat de VPRO „terroristenfan” Dyjab Abou Jahjah zondagavond in tv-programma Zomergasten drie uur aan het woord laat.

J. Visscher
30 July 2016 12:41Gewijzigd op 16 November 2020 05:25
Esther Voet. beeld RD, Henk Visscher
Esther Voet. beeld RD, Henk Visscher

Voor de VPRO is duidelijk dat de Belgisch-Libanese Abou Jahjah een „controversieel figuur” is. „Haatprediker, antisemiet en ayatollah in maatpak zijn enkele van de illustere benamingen die hem ten deel zijn gevallen”, aldus de omroep op zijn site.

Abou Jahjah is zondag de eerste persoon die in het tv-programma Zomergasten aan het woord komt; drie uur lang. In de laatste uitzending van de reeks marathoninterviews is premier Rutte te zien. Interviewer is Thomas Erdbrink, journalist voor onder meer de NOS in Iran en getrouwd met een Iraanse vrouw.

Dat de VPRO Abou Jahjah uitnodigt, is de omroep op kritiek komen te staan. Tientallen VPRO-leden zegden hun lidmaatschap op.

Federatief Joods Nederland deed gisteren aangifte tegen Abou Jahjah en Zomergasten wegens „verspreiding van haat en ondersteuning van terrorisme.”

De Joodse actiegroep TOF (Tradition is Our Future, traditie is onze toekomst) stelde vrijdagen in een advertentie in Trouw dat het „gevaarlijk” is om de „militante en antisemitische” Jahjah een podium te geven. TOF noemt Abou Jahjah een „huisvriend van de terroristische Hezbollah”.

Ook publicist Esther Voet, voorheen directeur van het Centrum Informatie en Documentatie Israël (CIDI), vindt het kwalijk dat de VPRO Abou Jahjah uitnodigt. „Hoe haalt de redactie het in zijn hoofd die fan van terroristen drie uur lang een podium te bieden? Onbegrijpelijk dat Jahjah in een rijtje gasten staat samen met premier Rutte. De premier probeert de Joods-christelijke traditie te beschermen. Jahjah daarentegen is een rolmodel voor gefrustreerde moslims die vinden dat er van alles mis is in Nederland en België. Ik vecht keihard tegen antisemitisme en discriminatie, maar Jahjah wakkert radicalisme aan en voelt zich het achtergestelde kindje van Europa.”

Wat vindt u van het argument dat een interview met Jahjah het integratiedebat interessanter maakt?

„Jahjah mag brullen wat hij wil. Ik pleit niet voor censuur. Maar die man moet geen podium krijgen in Zomergasten, waar gasten als het ware worden vertroeteld. Hij was vervuld van blijheid na de aanslagen op 11 september 2001 in Amerika. Hij wil dat Israël verdwijnt. Hij is oprichter van de Arabisch Europese Liga. Die werd in in 2012 door de Hoge Raad veroordeeld wegens publicatie van een antisemitische cartoon, waarop mannetjes lijken staan te tellen. Een van hen zegt: „We moeten toch op een manier aan de 6 miljoen komen.” Daarmee worden vraagtekens gezet bij de Holocaust. Abu Jahjah zal tegenwerpen dat het om satire gaat. Probleem is dat een groot deel van zijn aanhang zo’n cartoon serieus neemt en denkt: Zie je, er is een zionistisch complot.”

Het verhaal dat Abou Jahjah gematigder werd, neemt Esther Voet met een korreltje zout. „Ik spreek regelmatig gederadicaliseerde moslims. Die spreken een heel andere taal dan Abou Jahjah. Hij is nog steeds een fanaticus die bij de VPRO zijn propaganda mag spuien. Het zal mij niet verbazen als hij daar Israël gaat aanvallen.”

Interviewer Thomas Erdbrink kan tegenwerpen dat hij Jahjah kritische vragen gaat stellen.

„Ik heb een donkerbruin vermoeden dat dat niet gaat gebeuren. Zomergasten is niet bepaald een tv-programma waar geïnterviewden het vuur na aan de schenen wordt gelegd. Zelf zal ik zondagavond zeker níet kijken. Ik gun de VPRO de kijkcijfers niet.”


„Ander geluid laten horen”

De VPRO heeft er „absoluut geen spijt” van Abou Jahjah uit te nodigen voor Zomergasten, aldus hoofdredacteur Karen de Bok van de VPRO op de site van de omroep. „Abou Jahjah heeft een opvallende ontwikkeling doorgemaakt. Van een controversieel agitator (oproerkraaier, red.) tot een spraakmakend columnist van de Belgische kwaliteitskrant De Standaard. Wij vinden het belangrijk dat je ook andere geluiden laat horen.”

Abou Jahjah schreef na de aanslagen in maart in Brussel in NRC Handelsblad: „Ik krijg bedreigingen van extreme salafisten en extreem-rechts. De ene vindt me een verrader en een afvallige die de dood verdient, de andere vindt me een terrorist en een verkapte moslimextremist die ook de dood verdient.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer