Herkomst Dordts spreekwoord blijft raadsel
Het is misschien wel het bekendste spreekwoord met een aardrijkskundige naam erin. Het is misschien ook het spreekwoord met de meeste verklaringen en de meeste varianten: Hoe dichter bij Dordt, hoe rotter het wordt.
Jan Alleblas (65), bibliothecaris van het Regionaal Archief Dordrecht, is heel zijn werkzame leven met de geschiedenis van zijn geboortestad bezig. Hij zet een aantal mogelijke verklaringen en toepassingen op een rij.
Op internet vond de bibliothecaris een uitbreiding van de uitdrukking. Die wordt voorafgegaan met: „Tiel is niet viel, (Zalt)Bommel geeft rommel en hoe dichter bij Dordt, hoe rotter het wordt.” „Dat zou te maken kunnen hebben met de bodemgesteldheid, die richting het westen steeds slechter wordt. Het is waar dat in de Alblasserwaard, waar mijn familie oorspronkelijk vandaan komt, alleen maar veeteelt is. Geen akker- of tuinbouw.”
Niet trots
Over de ouderdom van het spreekwoord tast Alleblas in het duister. „Ik vond het niet terug in de bronnen. Vermoedelijk is het pas in de tweede helft van de 19e eeuw voor het eerst opgeschreven. Misschien houdt het er verband mee dat de Dordtenaren niet trots waren op dit spreekwoord. Toegegeven: het is niet heel jofel.”
De archiefmedewerker hoopt stiekem dat het spreekwoord een oude herkomst heeft. „In de middeleeuwen, maar ook eeuwen erna, was Dordrecht zeer dominant ten opzichte van het platteland. De stad, volgens ons de oudste van Holland, kreeg in 1299 het stapelrecht en in 1355 het monopolie op de handel in het gebied van de Maas. Wijn, graan, hout en veel andere producten die per schip werden aangevoerd, moesten in Dordrecht worden uitgeladen, opgeslagen en verhandeld.”
Het spreekwoord zou een uiting kunnen zijn van de frustratie van de schippers en handelaren die Dordrecht in die tijd liever links lieten liggen. „Ze waren natuurlijk tijd en tolgeld kwijt. Bekend is dat Dordrecht zelfs schepen richting Gorkum stuurde om schippers die het stapelrecht wilden omzeilen, te dwingen via Dordt te varen. Het alleenrecht op de handel werd nog versterkt door het marktrecht, dat boeren en ambachtslieden uit de wijde omgeving ertoe verplichtte hier hun goederen ter markt te brengen.”
Toch betwijfelt Alleblas de uitleg van dr. M. A. van den Broek in zijn boekje ”Boeren, burgers en buitenlui spreekwoordelijk geportretteerd”, dat boeren boos waren dat hun goederen op de lange tocht naar Dordrecht bedierven. „Na de Sint-Elizabethsvloed in 1421 was Dordt een eiland geworden. Alle goederen moesten over water. Maar dat duurde zeker niet zo lang dat ze daardoor zouden bederven.”
Aannemelijker acht hij de verklaring dat de waterwegen vanuit Zeeland en Rotterdam naar Dordrecht aan het eind van de 19e eeuw verzandden en minder bevaarbaar werden.
Niet onmogelijk is dat het iets te maken heeft met de religieuze uitstraling van Dordrecht. Dat zou met de uitstoting van de remonstranten op de synode van 1618/1619 een ‘zwaar’ karakter hebben gekregen. „Het zou kunnen. U weet daar meer van.”
Actuele toespitsingen zijn ook mogelijk, zoals de problemen van paalrot van de Dordtse woningen die rond 2000 in het nieuws kwam, de liquidatie van een Dordtenaar op Hemelvaartsdag dit jaar en de recente problematiek van de gifstoffenuitstoot door Chemours/DuPont.
Liever kijkt Alleblas naar het gebruik van het ”dichter bij Dordt” als geuzennaam. „Het was de titel van een intern informatieblaadje van de gemeente Dordrecht in de jaren 70 en is de titel van de biografie van literator Kees Buddingh’. De VVV verving een aantal jaar geleden het ”hoe rotter het wordt” door ”hoe mooier het wordt”.”
Populairder
Koning Willem-Alexander deed op Koningsdag 2015 hetzelfde. In zijn dankwoord citeerde hij „hoe dichter bij Dordt…”, waarop hij een gespannen stilte inlaste, en vervolgde: „hoe mooier het wordt.” Alleblas: „Ik heb niet zo veel met het koningshuis, maar dit maakt hem in Dordrecht populairder.”
zomerserie Plat gezegd
Dit is het tweede deel in een serie over spreekwoorden waarin een plaats op de korrel wordt genomen.