Iraaks gijzeldrama schrikt Japan op
De dramatische beelden van drie Japanners gegijzeld door zwaarbewapende Irakeese strijders bezorgen de Japanners een enorme schok. Na meer dan een halve eeuw van diepbeleefd pacifisme wordt Japan keihard geconfronteerd met een angstaanjagende realiteit waar het niet op voorbereid is.
Het gijzeldrama overheerst het nieuws in het land van de rijzende zon. Nieuwsprogramma’s tonen de hele dag door vrijwel niets anders dan dat. De voorpagina’s van kranten staan er dagelijks bol van. Elke Japanner leeft mee met de families van de drie gegijzelden, die voor het oog van het publiek een emotionele wervelstorm doorstaan. Beelden op de Japanse televisie tonen vaders, moeders, zusters en broers van de drie gegijzelden die huilen van verdriet en hopeloosheid omdat de ontvoerders dreigen hun geliefden levend te verbranden. Ze schreeuwen van woede omdat de Japanse overheid geen informatie verstrekt, lachen van geluk omdat er wordt bericht dat de drie bevrijd zullen worden en smeken om hulp nadat na tientallen uren wachten die vrijheid niet komt.
Dinsdag verschenen alle familieleden op de televisie met de zoveelste smeekbede aan de gijzelnemers en het Iraakse volk. Na meer dan vier dagen en slapeloze nachten van wachten was de pijn, de vermoeidheid en de verwarring van hun gezichten af te lezen.
De verwarring wordt gedeeld door alle Japanners. „Ik begrijp niet waarom ze worden gegijzeld”, legt een huisvrouw van in de vijftig uit. „Dit zijn alle drie mensen die zich hebben ingezet voor de bevolking van Irak. Ze willen alleen maar vrede. Waarom worden zij gegijzeld?” „Japan bouwt scholen en ziekenhuizen in Irak”, zegt de eigenaar van een kleine zaak voor schrijfbehoeften, „waarom zijn wij een doelwit?”
De realiteit van de wereld na 11 september 2001 is nog niet tot Japan doorgedrongen. Sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog heeft het land een grondwet die het voeren van oorlog verbiedt en zelfs het opzetten van een leger niet toestaat. De Japanse strijdkrachten worden eufemistisch ”Zelfverdedigingsmacht” (SDF) genoemd. Japanners zien zichzelf als een vredelievend volk. Velen koesteren een wereldbeeld waarin het buitenland nauwelijks een rol speelt.
Premier Koizumi heeft Japan de afgelopen maanden op een historische nieuwe koers gezet, waarin het buitenland wel een belangrijke rol speelt. Voor het eerst sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog, en ondanks het feit dat het hoogstwaarschijnlijk ongrondwettelijk is, zijn gewapende Japanse troepen naar een land gezonden waar nog oorlog woedt.
Japanners zijn verdeeld over het zenden van hun strijdmachten naar Irak. Sommige peilingen vorig jaar toonden aan dat bijna 80 procent van de bevolking ertegen is. Een recente enquête van TV-Asahi, een grote omroep in Japan, geeft een minder eenduidig beeld. Bijna 50 procent van de ondervraagden is het ermee eens dat Japan troepen heeft in Irak, 44 procent is ertegen. Gevraagd of premier Koizumi „voldoende de noodzaak heeft uitgelegd voor Japanse troepen in Irak”, antwoordt slechts 16 procent met ja. Bijna tweederde van de ondervraagden noemt de uitleg van de Japanse premier „onvoldoende.”
Het gijzelingsdrama dwingt deze mensen nu niet te wachten op een overtuigende uitleg van de Japanse overheid, maar zelf de zaken uit te pluizen. Familieleden van de gegijzelden vragen de Japanse overheid dagelijks om de eisen van de gijzelnemers in te willigen en de Japanse troepen terug te trekken uit Irak. De oorspronkelijke eis van de gijzelnemers was dat de SDF binnen drie dagen Irak moest verlaten.
Van meet af aan heeft de Japanse overheid overduidelijk laten weten dat de Japanse troepen niet zullen worden teruggeroepen. Premier Koizumi is onvermurwbaar. „De SDF is in Irak voor humanitaire doeleinden”, luidt zijn enige commentaar.
Terrorisme-experts loven de standvastige houding van de Japanse premier, maar na zestig jaar van isolationisme zijn Koizumi’s beweegredenen voor veel Japanners ondoorzichtig. Dat onderhandelingen met terroristen acties zoals de huidige gijzeling enkel aanmoedigen, beseffen velen niet. „Trek op zijn minst de troepen tijdelijk terug” is een veelgehoorde kreet.
Veel Japanners hunkeren duidelijk naar de zekerheid van pacifistisch isolationisme. De eigenaar van de zaak voor schrijfbehoeften verwoord dit gevoel: „Laat de Amerikanen voor de veiligheid in Irak zorgen, en zodra het veilig is, kunnen Japanse bedrijven erheen gaan om banen te scheppen voor de Irakezen. Dat is onze internationale rol.”