De Nikkei eindigde 1 procent in de plus op 17.234,98 punten. Beleggers zagen de industriële productie in Japan in april licht stijgen, waar op krimp was gerekend. De consumentenbestedingen daalden wel, maar minder dan verwacht. De werkloosheid bleef conform de prognoses gelijk op 3,2 procent.

Beurshandelaren werden in Azië kort opgeschrikt door een plotselinge koersdaling in China. Binnen een minuut gingen de zogenoemde futures in de CSI 300-index 10 procent onderuit en terug naar het oude niveau. Een duidelijke reden voor de dip was er niet, de index stond tussentijds 3 procent hoger.

Ook de meeste andere beurzen in het Verre Oosten noteerden winsten. De Hang Seng schreef tijdens de middaghandel in Hongkong een winst van 1,4 procent. De Kospi in Seoul ging 0,8 procent omhoog. De All Ordinaries in Sydney verloor echter 0,5 procent.