Dooi op Groenland verbaast poolonderzoekers
KOPENHAGEN/NUUK (ANP/DPA). Op Groenland is de dooi ingetreden op een nog niet eerder vertoonde schaal. Poolvorsers van de Deense meteorologische dienst (DMI) stelden vast dat in twee dagen tijd van bijna 12 procent van de Groenlandse ijskap meer dan een millimeter is gesmolten. Sinds het begin van de metingen is de temperatuur in april ook nog nooit zo hoog geweest.
„Je ziet het aan en denkt: dat kan toch niet kloppen”, schetste klimaatonderzoeker Peter Langen vrijdag de situatie. „We hebben meteen gecontroleerd of de door ons gebruikte computermodellen wel naar behoren functioneerden.” Wegsmeltend ijs op een vergelijkbaar groot oppervlak werd in het verleden op zijn vroegst in mei geconstateerd.
Begin deze week werd het weer aan de westkust van Groenland bepaald door een zuidelijke stroming, die warmte en regen bracht. In de hoofdstad Nuuk liep het kwik maandag op tot 16,6 graden Celsius, aanzienlijk hoger dan het vorige record van dezelfde dag in 1969 (13,0). In Kangerlussuaq in het zuid-westen gaf de thermometer zelfs 17,8 aan. „Die extreme warmte hield ook dinsdag nog aan”, zei Langen. Daarna werd het weer kouder.
Toch stelden de meteorologen op donderdag nog dooi vast op 6 procent van de binnenlandse ijsvlakte. „In vergelijking met wat we meemaken in de zomer is dat bijna niks, maar het bijzondere eraan is dat het zo vroeg in het jaar gebeurt.”