„EU kan terreurdreiging niet aan”
WASHINGTON. De terreurdreiging van Islamitische Staat in Europa is ongekend en de veiligheidsdiensten kunnen het groeiende aantal (potentiële) jihadisten onmogelijk allemaal in de gaten houden.
Dat is de sombere conclusie van de Amerikaanse parlementscommissie van binnenlandse veiligheid, Homeland Security, donderdag in het rapport ”European Terror Threat Snapshot”.
Het afgelopen jaar kwamen maandelijks gemiddeld twee samenzweringen om terreuraanslagen in Europa te plegen aan het licht. Islamitische Staat speelt daarin een hoofdrol. De radicale organisatie plande sinds 2014 zeker 35 aanslagen op Europese doelen. Het merendeel daarvan werd verijdeld, maar aanslagen in Brussel en Parijs eisten tientallen levens.
Het aantal potentiële jihadisten dat wordt gevolgd door Europese diensten groeit hard. Sinds de oorlog in Syrië begon, in 2011, zijn volgens het rapport meer dan 5000 jihadisten naar het Midden-Oosten afgereisd om daar voor IS te vechten. Veel van deze oud-strijders vormen een potentieel risico om terreuraanslagen te plegen.
Ronselen
Volgens het European Terror Threat Snapshot zijn er alleen al in Frankrijk meer dan 2000 personen die banden met terroristische netwerken zouden hebben. De inlichtingendiensten in Duitsland volgen momenteel meer dan 1000 geradicaliseerden, terwijl er ook nog eens 300 radicale islamisten in het land bekend zijn die nieuwe leden ronselen.
In het rapport wordt gewaarschuwd dat Europese veiligheidsdiensten de terreurdreiging nauwelijks het hoofd kunnen bieden en het zicht dreigen te verliezen op het groeiende aantal jihadisten.
Het rapport citeert een bron bij de Belgische veiligheidsdiensten die waarschuwt dat „we niet de infrastructuur hebben om goed onderzoek te doen naar personen die van banden met terroristische organisaties worden verdacht en hen in de gaten te houden. Het is letterlijk een onmogelijke situatie, en eerlijk gezegd is het heel ernstig.”
Reclassering
De Nederlandse reclassering heeft landelijk zo’n veertig geradicaliseerde mensen in behandeling en onder toezicht. Doel is hen in een vroeg stadium tot andere inzichten te brengen.
Ook het aantal medewerkers bij de dienst dat zich ermee bezighoudt, stijgt. Vijf jaar geleden ging het nog om een enkeling, tegenwoordig om een team van specialisten.
„Of je de ideeën eruit krijgt, is altijd de vraag, zoals ook bij andere delicten”, zei topman Sjef van Gennip van Reclassering Nederland donderdag tegen de zender 1Limburg. „Maar nietsdoen is geen optie.”