„NAVO–deur staat steeds open"
De deur van de NAVO staat steeds open voor nog meer lidstaten. Secretaris–generaal De Hoop Scheffer heeft dat gezegd na de feitelijke toetreding van zeven nieuwe leden vrijdag in Brussel.
De Nederlandse NAVO–topman sprak na de eerste vergadering van alle 26 lidstaten over een historische dag, nadat maandag in Washington al de officiële ondertekening had plaatsgevonden. Vrijdagmorgen hees het hoofdkwartier in Brussel voor het eerst de vlaggen van de nieuwe lidstaten Bulgarije, Roemenië, Estland, Letland. Litouwen, Slowakije en Slovenië.
Ondanks de uitbreiding zei De Hoop Scheffer niets te willen veranderen aan de manier van beslissen over acties. Die blijft op basis van consensus: alle lidstaten moeten het eens zijn. Ruim een jaar geleden was er nog ruzie over NAVO–bemoeienis in Irak. „Een meningsverschil komt om de zoveel jaar voor. De NAVO is er juist voor om dat politiek op te lossen", zei De Hoop Scheffer.
De NAVO–topman herinnerde eraan dat de militaire organisatie de laatste jaren is veranderd. Niet langer staan de troepen aan de grenzen, maar ze zijn wereldwijd actief. Dat is omdat de dreigingen in de wereld zijn veranderd, zei De Hoop Scheffer. Hij ontkende dat er geen dreigingen meer waren, na het wegvallen van de Oost–West–tegenstelling. „Waarom denkt u dat de NAVO nu onder VN–vlag actief is in Afghanistan? En in Kosovo? En waarom onze schepen in de Middellandse Zee patrouilleren?"
De zeven nieuwe lidstaten zijn al met de NAVO actief in enkele gebieden, zoals Afghanistan. Hun ministers van Buitenlandse Zaken bleken vrijdag verdere militaire deelnamen niet te schuwen. „Irak heeft ons nodig", zei de minister Passay van Bulgarije. Zijn Roemeense collega Dan Geoana verwees daarvoor naar de historie van zijn land: „We hebben een morele verplichting aan een volk, dat net zo heeft geleden onder dictatuur als wij onder de Sowjets en Ceaucescu."