„Top in VS wist van aanvalsplan al-Qaida”
Hoge Amerikaanse functionarissen wisten van al-Qaida’s plannen de Verenigde Staten aan te vallen met vliegtuigen, maanden voordat de aanslagen van 11 september 2001 plaatsvonden. Dat heeft een voormalige vertaalster van de FBI gezegd.
De vertaalster, Sibel Edmonds, heeft documenten waaruit dat blijkt overhandigd aan de commissie die de terreurdreiging onderzoekt.
De vrouw sprak in Washington met de Britse krant The Independent, die het interview vrijdag publiceerde. Ze vertelde dat ze in een drie uur durend besloten gesprek met de onderzoekscommissie informatie verschafte die binnen de FBI circuleerde in het voorjaar en de zomer van 2001. Daaruit kon worden opgemaakt dat een aanval met behulp van vliegtuigen over enkele maanden gepleegd zou worden en dat de terroristen op hun plaats waren.
De bewering van de nationale veiligheidsadviseur Condoleezza Rice dat zulke informatie er niet was, is volgens Edmonds „een grove leugen.” Intussen heeft de regering-Bush justitie gevraagd de vertaalster het zwijgen op te leggen. Een rechtbank heeft haar daarop verboden over de staatsgeheimen te spreken.
Onze correspondent in Washington meldt dat Bush en zijn regering weigeren om de onafhankelijke commissie die de terreurdreiging onderzoekt inzage te geven in duizenden documenten uit de regeringsperiode van Bush’ voorganger Bill Clinton. De regering maakte gisteren wel een eigen plan bekend, waaruit zou moeten blijken hoe serieus de huidige regering na haar aantreden in 2001 de terreurdreiging van al-Qaida nam.
Er is in het document sprake van „militaire stappen” tegen het Afghaanse Taliban-regime, dat al-Qaida onderdak bood en tegen al-Qaida zelf. Er zou echter pas „in laatste instantie” sprake zijn van militair optreden, als diplomatieke druk en undercoveracties zouden falen. Hoeksteen van het antiterreurbeleid van de regering-Bush in de eerste maanden na haar aantreden vormde de creatie van het antiraketsysteem. Dit blijkt uit uittreksels van een rede van Rice die zij op de elfde september 2001 zou uitspreken, maar die zij vanwege de terreuraanslagen in New York en Washington uiteraard schrapte.
Volgens een opiniepeiling uitgevoerd in opdracht van de Los Angeles Times denkt 52 procent van de Amerikanen dat de regering-Bush de dreiging van al-Qaida vóór de aanslagen in september 2001 niet serieus nam. Volgens een CNN/USA Today-peiling staat overigens nog steeds 58 procent van de Amerikanen achter het antiterreurbeleid van Bush.