Azerbeidzjan en Armenië beschuldigen elkaar om het hardst van het schenden van de wapenstilstand. De betwiste regio ligt in Azerbeidzjan, maar wordt sinds een bittere afscheidingsoorlog door etnische Armeniërs bestuurd met financiële steun van Armenië.

Het ministerie van Defensie van Azerbeidzjan zei zaterdag dat het leger strategische heuvels en nederzettingen in het gebied had „bevrijd”. Zes Armeense tanks werden daarbij vernietigd en meer dan honderd Armeense militairen gedood of verwond. Aan Azerbeidzjaanse kant vielen na het neerhalen van een helikopter twaalf doden. Armenië sprak van 18 doden en 35 gewonden.

De Russische president Vladimir Poetin riep beide partijen op zelfbeheersing te betrachten. Minister van Buitenlandse Zaken Sergej Lavrov en minister van Defensie Sergej Sjoigoe telefoneerden met hun Armeense en Azerbeidzjaanse ambtgenoten. Ook de Duitse minister van Buitenlandse Zaken, Frank-Walter Steinmeier, riep de partijen op de strijd onmiddellijk te staken.

In de strijd om Nagorno-Karabach zijn sinds de jaren negentig ongeveer 30.000 mensen omgekomen. Azerbeidzjan dreigt regelmatig het gebied met geweld in te nemen. Vorige maand werd er ook gevochten. De oplopende spanningen voeden de vrees voor een uitgebreider conflict in de zuidelijke Kaukasus.