Gedeputeerde Gelderland op het matje in energiezaak
De Gelderse gedeputeerde N. J. Wijsman (PvdA) is woensdag in de vergadering van Provinciale Staten van Gelderland op het matje geroepen door een meerderheid in de Staten.
Wijsman zou niet voldaan hebben aan zijn informatieplicht jegens de Staten en zou, zonder PS daarin te kennen, een verkeerd standpunt aan minister Brinkhorst hebben overgebracht over de eventuele splitsing van energiebedrijf Nuon.
Minister Brinkhorst (Economische Zaken) wil dat energiebedrijven zoals Nuon en Essent per 1 januari 2007 bij wet gesplitst zijn in een netwerkbedrijf enerzijds en een bedrijf dat energie levert anderzijds. Dat schreef de minister gisteren aan de Tweede Kamer. Met die splitsing gaat Brinkhorst verder dan andere Europese landen. Door de voorgenomen splitsing is de kans groot dat Nederlandse energieleveranciers overgenomen worden door buitenlandse bedrijven.
De provincie Gelderland is grootaandeelhouder van energiebedrijf Nuon, de belangrijkste energieleverancier in de provincie. Gedeputeerde Wijsman, die onder meer aandeelhoudersaangelegenheden in zijn portefeuille heeft, zou -blijkens een recent artikel in NRC Handelsblad- aan minister Brinkhorst hebben overgebracht dat de provincie Gelderland geen moeite heeft met de voorgenomen splitsing van Nuon.
Dit schoot de fracties van CDA, PvdA, VVD, SGP en LPF in de Gelderse Staten in het verkeerde keelgat. Deze partijen -samen goed voor 60 van de 75 zetels- zijn tegen een splitsing van het bedrijf. Tijdens een spoedinterpellatie, gisteren in het provinciehuis in Arnhem, sprak CDA-fractievoorzitter H. H. de Vries scherpe woorden aan het adres van gedeputeerde Wijsman. „Het optreden van Gedeputeerde Staten bevreemdt onze fractie. Wij zijn grootaandeelhouder van Nuon. Wij willen hier nu horen wat de gedeputeerde heeft gezegd tegen de minister. Het kan niet zo zijn dat hij hem heeft verteld wat het standpunt van de Staten in dezen is.”
De tegenstanders van de splitsing van Nuon zijn bang dat de opdeling de overname van de energiemaatschappij door buitenlandse bedrijven zal stimuleren en onder meer de energieprijs en de werkgelegenheid in gevaar zal brengen. Nuon is werkgever voor 11.000 mensen. De vijf partijen zagen zich gesteund door een afvaardiging van de centrale ondernemingsraden van onder meer Nuon en Essent, die op de publieke tribune meermalen luidruchtig hun instemming met dan wel afkeuring over het gezegde in de Staten kenbaar maakten. Een spandoek met de tekst ”Laat Gelderland Nuon splitsen, dan is het gemeenschapsgeld verkwisten” zette hun wensen kracht bij.
Het is niet vanzelfsprekend dat de provincie Gelderland vooralsnog tegen de splitsing is, omdat er ook voordelen aan verbonden zijn. De aandeelhouders van energiebedrijven in heel Nederland zijn op dit moment provincies en gemeenten. Door de splitsing krijgen deze overheden de mogelijkheid aandelen te verkopen, wat veel geld kan opleveren. Veel lagere overheden willen de aandelen dan ook graag kwijt.
Met een breed gedragen motie eisten PS niet alleen dat gedeputeerde Wijsman het werkelijke meerderheidsstandpunt van Gelderland aan de minister overbrengt, ook eisten de indieners dat Wijsman zijn plicht om PS te informeren beter ter hand zal nemen.
CDA-fractievoorzitter De Vries vond bovendien dat Wijsman op „denigrerende wijze” was omgegaan met een brief die zes fracties over de energiezaak naar het kabinet hadden gestuurd. Volgens De Vries had Wijsman de brief getypeerd als „een vodje.” De Vries: „Zo gaan we niet met elkaar om.”
Wijsman gaf aan dat de weergave van zijn uitlatingen in NRC Handelsblad niet correct was. Volgens hem betrof het de interpretatie van de journalist. In het overleg met het ministerie van Economische Zaken zou de gedeputeerde bovendien steeds hebben aangegeven dat de splitsing van Nuon niet de eerste keus was van de provincie.
De Gelderse Staten zijn nog niet uitgesproken over het onderwerp. Onderdeel van de aangenomen motie is dat het uiteindelijke debat over de energiekwestie later dit jaar gevoerd gaat worden. Uiterlijk 1 juli willen de Staten een „richtinggevende uitspraak” doen.