Prolifecampagne stuit in België op hevig verzet
ANTWERPEN. De Vlaamse minister van Mobiliteit, Ben Weyts, beëindigde vorige week voortijdig een reclamecampagne van prolifeorganisatie Jongeren Info Life (JIL) op bussen en trams in Antwerpen. De campagne zou misleidend zijn en op gespannen voet staan met de reclamecodes van vervoerder De Lijn.
”Ik ben zwanger. Wat nu?” Die boodschap prijkte enkele weken lang op bussen en trams in en rond Antwerpen. Daarbij stonden een telefoonnummer en het webadres van Jongeren Info Life (JIL), een Vlaamse organisatie voor hulpverlening en voorlichting „bij ongeplande, onverwachte of ongewenste zwangerschap en na miskraam of abortus.”
De neutraal ogende campagne stuitte in België van diverse kanten op hevig protest. De website van JIL zou namelijk „heel wat verdoken anti-abortusboodschappen” bevatten, zoals de Vlaamse krant De Standaard stelde.
De campagne staat volgens het artikel in De Standaard niet op zich. ”De wedergeboorte van de anti-abortuslobby”, kopte het dagblad zaterdag. „Een kwarteeuw na de goedkeuring van de abortuswet drijven groepen die zich verzetten tegen zwangerschapsafbreking hun strijd op.” Interessant is dat het Vlaamse dagblad De Morgen ter gelegenheid van de 25e verjaardag van de legalisering van abortus, april 2015, nog signaleerde dat antiabortusbewegingen „op sterven na dood” waren.
Een heet hangijzer voor de critici van de campagne van JIL is dat die geen open kaart zou spelen. „JIL presenteert zich als hulporganisatie en verbergt daarbij zijn religieuze agenda”, stelde Tom Nys van Luna, een koepel van abortuscentra, in De Standaard. In De Morgen van 18 februari had Yannick Fonteyne van JIL de organisatie bestempeld als een „actief pluralistische organisatie”, die qua waarden weliswaar aansluit „bij de christelijke visie.”
De Standaard ‘ontrafelde’ achter JIL intussen een netwerk van expliciet rooms-katholieke organisaties. Nys tekende daarbij aan dat de antiabortuslobby uit een kleine groep mensen bestaat „die steeds in andere gedaanten terugkeren.” „Vaak komen ze uit dezelfde ideologische hoek en leunen ze aan bij extreemrechts en extreem-katholiek.”
Na klachten van diverse Belgische jeugdorganisaties ging ook de politiek zich ermee bemoeien. „Het gaat hier om levensbeschouwelijke prietpraat. De campagne is onaanvaardbaar”, foeterde het liberale parlementslid Mathias De Clercq. Het eind van het liedje was dat minister Ben Weyts van Mobiliteit besliste de campagne vroegtijdig te beëindigen, mede omdat die in zou ingaan tegen de codes van openbaarsvervoersdienst De Lijn, die reclames met politieke, ideologische of religieuze boodschap verbiedt.
Op een nieuwe website geeft JIL inmiddels expliciet aan dat ze ervan uitgaat „dat het ongeboren leven vanaf het begin beschermwaardig is”, terwijl ze daarbij benadrukt de eigen keuze van de vrouw of het meisje voluit te respecteren. En de ombudsman van De Standaard, die de inhoud van de krant geregeld tegen het licht houdt, oordeelde donderdagochtend dat er te weinig aanwijzingen waren om te spreken van de wedergeboorte van een antiabortuslobby. Daarvoor verwachtte hij „meer aanwijzingen van significant groeiende macht en invloed.”