’Esten met uitsterven bedreigd’
Steeds minder Esten zullen de komende jaren van het Europese lidmaatschap kunnen genieten. De huidige demografische ontwikkelingen in acht genomen, zal over vijftig jaar de toch al niet zo omvangrijke bevolking van het land, nu een krappe 1,4 miljoen mensen, zijn gehalveerd.
De cijfers van de Verenigde Naties zijn onverbiddelijk. Als het huidige geboortecijfer van 1,3 (kind per vrouw) niet stijgt, zullen er in Estland, dat ongeveer zo groot is als Zwitserland, in 2050 591.000 mensen wonen. In de tweede helft van de 21e eeuw zal deze trend zich nog doorzetten.
Het geboortecijfer verandert hoogstwaarschijnlijk niet, zo meent professor in de demografie aan de universiteit van Tallinn, Kalev Katus. Daarvoor is de leeftijdsstructuur van de Estse samenleving te ongunstig. In het land wonen nu al meer mensen van middelbare leeftijd die geen kinderen meer krijgen, dan vrouwen in de vruchtbare leeftijd. Deze verhouding zal de komende jaren alleen nog maar verschlechteren, meent Katus.
Bevolkingsafname is een Europees fenomeen, benadrukt hij. In alle Europese landen ligt het geboortecijfer al sinds de jaren twintig onder de ’reproductienorm’ van 2,1 kind per vrouw, waarbij het bevolkingsaantal constant blijft. Maar Estland, zo erkent Katus, heeft een „extra probleem", omdat de bevolking toch al heel klein is. Bovendien kende Estland vlak na de oorlog, in tegenstelling tot de meeste west–Europese landen, geen geboortegolf.
Een verklaring hiervoor is moeilijk te geven. Mogelijk speelde de bezetting door de Sowjet-Unie, vanaf 1944, een rol. Feit is dat de Estse bevolking na de oorlog met 20 procent was gekrompen. „Van die 20 procent is eentiende te wijten aan de Duitse bezetting en de rest aan het optreden van de Sowjets", zegt Katus. Moskou liet vlak na de oorlog tienduizenden Esten deporteren naar strafkampen in Siberië en elders. Nog steeds is de Estse bevolking kleiner dan voor de Tweede Wereldoorlog, aldus de demograaf.
De regering van premier Parts onderkent het probleem. Minister van Bevolking Rummo verhoogde vorig jaar de kinderbijslag en toonde zich optimistisch over verscheidene andere maatregelen. Maar Katus is sceptisch. Losse maatregelen zullen de zaak niet vooruithelpen, meent hij. Alleen als bij het hele overheidsbeleid, op het gebied van financiën, onderwijs, gezondheidszorg, woningsbouw en dergelijke, gedacht wordt aan de demografische ontwikkeling, kan er sprake zijn van enig succes.
De hoogleraar deelt niet het optimisme van veel beleidsmakers dat sterke immigratie de Estste demografie gunstig zal beïnvloeden. „Na de oorlog kregen wij hier tienduizenden immigranten. Dat heeft het proces van vergrijzing wel enigszins vertraagd, maar heeft uiteindelijk geen effect gehad op de bevolkingsafname".
Toch is er bij Katus geen sprake van paniek. Estland wordt een zeer dunbevolkt land, concludeert hij. Maar er zijn landen, zoals Finland, die nog veel dunbevolkter zijn. De overheid moet in de loop van de komende jaren reageren door de infrastructuur van het land te herstructureren, vindt hij. Hoe? „Daar is geen makkelijk antwoord op te geven", zucht Katus. „Waarschijnlijk zullen we het in de toekomst met heel wat scholen minder moeten doen".