André van Vliet voor HHK-organisten: Ga op les bij iemand die niet jouw klankidioom heeft
„De muziek als de weg van het woord tot het hart, draagt bij aan een hartverheffende belevenis. Dat schetst de hoge plaats van de muziek”, aldus dr. P.C. Hoek in zijn lezing zaterdag op de zesde organistendag van de Hersteld Hervormde Kerk in Lunteren.
De dag werd belegd door de werkgroep Organist & Eredienst van de HHK. Dr. Hoek, docent praktische theologie aan het Hersteld Hervormd Seminarie aan de VU te Amsterdam, sprak voor 170 organisten, ambtsdragers en kerkvoogden van alle kerkverbanden over ”Kerkmuziek…?! Zingen op hoge toon”.
„Wat maakt muziek tot kerkmuziek?” zo vroeg hij. „Muziek is de geschiedenis door tot ons gekomen, maar hoe geven we die vandaag vorm?” De kerk sloot zich volgens hem aan bij de liturgie van de synagoge. Over de gezongen melodieën in de oudheid is volgens de predikant weinig bekend. Er werden hymnen en psalmen gezongen, soms in beurtzang.
De docent schetste hoe Luther voor de reformatie van de kerk en de liturgie van grote betekenis is geweest. Volgens de reformator spreekt muziek het gevoel aan en gekoppeld aan het woord draagt ze bij aan een hartverheffende belevenis. Luther beschouwde muziek als een instrument dat de snaren van het hart kan raken. Hij hield de lofzang, het gebed en de verkondiging bij elkaar. Wel moest volgens hem de muziek passen bij de weg die ze had afgelegd. Muziek moest de tekst levend maken. Dr. Hoek: „In de veertig liederen die hij dichtte vinden we 438 verwijzingen naar de Schrift.”
Calvijn
Ook voor Calvijn deed de gezongen verkondiging meer kracht dan de gesproken verkondiging. Zingen zet mensen in vuur en vlam. „Calvijn maakte wel onderscheid tussen muziek in en buiten de kerk”, zei dr. Hoek. Muziek in Gods huis was bestemd voor God en Zijn engelen. „Ook nu”, aldus dr. Hoek. „Kerkmuziek is muziek in Gods huis, voor Gods oren.” Volgens hem hebben we ons in onze Lage Landen bij de praktijk van Genève aangesloten.
Wel signaleerde dr. Hoek enkele verschillen. Werden de psalmen in het Genève van Calvijn in z’n geheel volgens rooster gezongen –tot wel dertig strofen per dienst–, in ons land werden dat een aantal coupletten, tot aan een sterretje of een pauze, in oude psalmboeken nog te vinden.
Vervolgens schetste dr. Hoek het orgelgebruik bij de begeleiding van de gemeentezang, de vele psalmberijmingen en de verschillende manieren van zingen.
Dienstwerk
In zijn openingswoord op de organistendag schetste ds. A. A. F. van de Weg, voorzitter van de commissie Organist & Eredienst en predikant te Abbenbroek, hoe David in 1 Kronieken 25 mensen afzondert voor de eredienst. Bekwame mensen moesten de grote daden van de Heere tot klinken brengen in de tempel. „Een zaak van hoog gewicht”, aldus ds. Van de Weg.
Hij riep kerkvoogden op middelen ter beschikking te stellen om organisten te stimuleren hun talenten in te zetten. „Evenals de tempeldienaren toen moeten organisten zich ook nu inspannen tot het uiterste.” Volgens de predikant kan er naar 1 Kronieken 25 onder het musiceren ook iets van profeteren ontstaan. „Muziek als dienstwerk ter onderstreping van de genadeboodschap.”
Verfrissend
Organist en dirigent André van Vliet demonstreerde vanuit zijn dirigentenpraktijk de relatie tussen koorzang en gemeentezang. Zonder dat er sprake is van een directe relatie –gemeentezang is geen koorzang– gaat het hem er om dat organist en gemeente één zijn. „Samen vertellen ze hun verhaal.”
Van Vliet houdt zich verre van typische organistendiscussies en distantieert zich van regeltjes als ”dit mag wel en dit mag niet”. Moeten organisten strak vasthouden aan de kerktoonsoorten waarin de melodieën geschreven zijn of niet? Wilt u zich ergeren aan het toontje vooraf? „Probeer het te relativeren”, zegt hij.
De organisten gaf hij mee waar ze op moeten letten bij de begeleiding van de gemeentezang. „Let op de omvang van de melodie en speel Psalmen als 149, 103, 45 en 107 in een lagere toonsoort. Pas op met te veel gekruide harmonieën. Ga niet in onkunde iets verzinnen. Zoek als inleiding op de eredienst naar iets bestaands als je het improviseren niet machtig bent en ga eens les nemen bij iemand die niet jouw klankidioom heeft. Dat werkt heel verfrissend.”