In onder meer Egypte, Jemen en Libanon ontstonden spontane demonstraties van duizenden mensen. „Een barbaarse daad”, noemde de Egyptische president Hosni Mubarak de aanslag op Yassin. Op de vraag wat de liquidatie betekent voor zijn pogingen het vredesproces vlot te trekken, gaf Mubarak een duidelijk antwoord: „Welk vredesproces?”

Egypte probeerde Hamas, de Islamitische Jihad en de Palestijnse Autoriteit ertoe te bewegen een wapenstilstand af te kondigen. Een delegatie van het Egyptische parlement die dinsdag in Jeruzalem zou deelnemen aan een plechtigheid ter gelegenheid van het feit dat 25 jaar geleden de Camp David-akkoorden werden gesloten, mocht van Mubarak niet vertrekken.

De Libanese president Emile Lahoud voorspelde dat de Israëlische bezetting van de Palestijnse gebieden net zo zal eindigen als die van Zuid-Libanon, waaruit Israël zich in 2000 terugtrok onder druk van de verliezen die het leed van de Hezbollah. „Israël vergist zich als het denkt dat het door verzetsstrijders te doden, de Palestijnse zaak kan doden.”

„Ze noemen de Hamas een terroristische organisatie, maar de waarheid is dat Israël een terroristische staat is”, zei Mohammed al-Saqer, de voorzitter van de commissie voor buitenlandse zaken van het parlement van Koeweit. Al-Saqer riep de Verenigde Staten ertoe op de liquidatie van Yassin te veroordelen.

Zonder de aanslag af te wijzen, zei een woordvoerder van de Amerikaanse president George Bush: „We zijn uiterst verontrust.” De aanslag verhoogt de spanning en maakt het moeilijker om vrede na te streven in het Midden-Oosten, aldus de woordvoerder. De VS beperkten zich eerst ertoe Israël en de Palestijnen op te roepen tot kalmte. Nationale veiligheidsadviseur Condoleezza Rice voegde daaraan toe dat de VS niet van tevoren op de hoogte waren van het Israëlische voornemen om Yassin te vermoorden. Rice reageerde daarmee op aantijgingen van Hamas, die heeft beweerd dat de VS toestemming hebben gegeven voor de liquidatie.

Uit Europa kwamen scherpere reacties. „Heel, heel slecht nieuws voor het vredesproces”, zei Javier Solana, de buitenlandcoördinator van de Europese Unie. De Ierse premier Bertie Ahern, momenteel voorzitter van de Europese Unie, zei dat Israël niet het recht heeft om buitengerechtelijke liquidaties uit te voeren. De Britse minister van Buitenlandse Zaken, Jack Straw, zei over de liquidatie van Yassin: „Het is onaanvaardbaar, het is niet te rechtvaardigen en het is zeer onwaarschijnlijk dat er iets mee wordt bereikt.” De Franse president Jacques Chirac zei terrorisme zonder meer te veroordelen, maar ook „alle geweldsdaden, vooral als zij strijdig zijn met het internationaal recht.”

De belangrijkste sjiitische geestelijke in Irak, grootayatollah Ali al-Husseini al-Sistani, zei dat „de zionistische bezetters een lelijke misdaad begingen tegen het Palestijnse volk door een van zijn helden, de geleerde martelaar Ahmed Yassin, te doden.” Al-Sistani riep „de zonen van de Arabische en islamitische landen” ertoe op de gelederen te sluiten en hard te werken voor de bevrijding van bezet land.

Secretaris-generaal Kofi Annan van de Verenigde Naties zei dat de liquidatie niet alleen in strijd is met het internationaal recht, maar ook „niets bijdraagt aan de zoektocht naar een vreedzame oplossing” van het conflict tussen Israël en de Palestijnen.