Doden bij botsingen in Zuidoost-Turkije
DIYARBAKIR (ANP/RTR). Zeker achttien mensen zijn woensdag gedood in het zuidoosten van Turkije bij botsingen tussen militairen en Koerdische militanten. De gevechten laaiden op nadat het leger een dag eerder luchtaanvallen had uitgevoerd in de voornamelijk Koerdische regio.
Onder anderen twee militairen en vijftien militanten van de Koerdische Arbeiderspartij (PKK) werden gedood bij gevechten in de buurt van het dorp Daglica bij de Iraakse grens. Turkse straaljagers hadden dinsdag voor de tweede dag op rij ook PKK-doelen in Noord-Irak aangevallen, zei het leger.
Een twintigjarige man werd doodgeschoten in de plaats Silvan, waar de autoriteiten in drie wijken een avondklok hadden ingesteld voor de tweede opeenvolgende dag. Botsingen tussen veiligheidstroepen en PKK-aanhangers duurden de hele dag voort in Silvan. Op dinsdag werd hier ook een man doodgeschoten en twee anderen in Yüksekova.
De AK-partij verkreeg zondag opnieuw een parlementaire meerderheid bij de verkiezingen, die een belangrijke overwinning voor president Recep Tayyip Erdogan zijn. Die had woensdag nog beloofd de activiteiten tegen de PKK voort te zetten tot elke laatste opstandeling is „geliquideerd”. Een twee jaar durende wapenstilstand die Erdogan had verdedigd, stortte in juli in.
De autonomie nastrevende PKK, die door Turkije, de Verenigde Staten en de Europese Unie als terroristische organisatie wordt beschouwd, nam de wapens op in 1984. Meer dan 40.000 mensen, voornamelijk Koerdische militanten zijn omgekomen in het langdurige conflict.