„Niets doen voor het gezin is geen optie”
SALT LAKE CITY. Bijbelse gezinswaarden staan wereldwijd onder druk. Tegelijkertijd komen christenen volgens Henk Jan van Schothorst te weinig op voor hun belangen. „We kunnen het ons niet veroorloven om aan de zijlijn te staan.”
Zo’n 3000 christenen uit ruim 50 landen denken deze week in het Amerikaanse Salt Lake City na over de positie van het gezin tijdens het negende World Congress of Families. Veel sprekers roepen op tot actie. Maar tegelijkertijd klinkt ook de klacht over de apathie waarin veel gelovigen verkeren.
Die klacht uit ook Henk Jan van Schothorst. Als vertegenwoordiger van Transatlantic Christian Council (TCC) is hij aanwezig op het congres in Salt Lake City. Zijn organisatie ontwikkelt een trans-Atlantisch netwerk van christenen die betrokken zijn bij overheidsbeleid en probeert dat beleid te beïnvloeden.
„Ik bespeur bij christenen een bepaalde gelatenheid. Een gevoel van: dit overkomt ons nu eenmaal. Als de overstroming komt doen we de deur op slot, in de hoop dat het water wel langs ons huis zal stromen. Dat is fout. We hebben een gezamenlijke verantwoordelijkheid. Die moeten we niet alleen voelen, maar ook némen.” Dat laatste gebeurt veel te weinig, meent Van Schothorst. „We hebben op dit vlak veel laten liggen. Er heerst te veel defaitisme. Het is volgens velen alleen maar vechten tegen de bierkaai. Maar daar ben ik het niet mee eens. Ik geloof in het credo ”bid en werk”. Bidden is heel belangrijk, maar werken niet minder.”
Over het World Congress of Families is Van Schothorst positief. „Het is bemoedigend, opbouwend en wederzijds versterkend. En ook mooi om te zien dat zo veel mensen de drive hebben om voor de belangen van het gezin op te komen. De kracht ligt erin deze initiatieven met elkaar te verbinden en te vertalen naar overheidsbeleid.”
Gezien alle bedreigingen die er op het traditionele gezin afkomen is dringende actie geboden, vindt Van Schothorst. „Er staat te veel op het spel. We kunnen het ons niet veroorloven aan de zijlijn te staan. We moeten het speelveld betreden.”
Daar zijn mogelijkheden genoeg voor, benadrukt de Nederlandse lobbyist. „Ik kan gewoon mijn woordje doen bij internationale organisaties als de Verenigde Naties, de Europese Instellingen en de OVSE. Deze kansen moeten we benutten. ”
Van Schothorst wijst in het bijzonder op plannen vanuit de Verenigde Naties om breed seksueel onderwijs op scholen te verplichten. „Alle kinderen moeten alle vormen van seksualiteit aangeboden krijgen. Seksuele handelingen die te erg zijn om over te praten worden uitgebreid beschreven. Allemaal bedoeld om de lobby voor het niet-natuurlijke gezin tevreden te stellen. Je kunt wel stellen dat die zijn huiswerk beter heeft gedaan dan wij.
Wat wij als christenen vinden is inmiddels abnormaal geworden. Christelijke normen worden geherformuleerd naar een dwingend opgelegde en seculiere gelijkheidsideologie. Het is de hoogste tijd dat wij de christelijke norm terugvorderen en er op zijn minst voor zorgen dat die weer als gelijkwaardig wordt beschouwd.”
Is dit niet een achterhoedegevecht, of valt er echt nog iets te winnen?
„Niets doen is geen optie. Ik weet niet of we dit gevecht gaan winnen en ook niet hoelang de strijd zal duren. In het Oostblok zijn ouders ook jarenlang de zeggenschap over hun gezin kwijt geweest aan de staat. Daar is ook verandering in gekomen. Dat kan bij ons ook. Ik weiger als ouder akkoord te gaan met een stilzwijgende machtsoverdracht in de opvoeding. Daarvoor is het doel te belangrijk.
Zoals het er nu uitziet, willen overheden te veel zaken dwingend opleggen. Zo kunnen scholen straks onze vijanden worden in plaats van onze vrienden. Is dat een ver-van-mijn-bedshow, zoals sommigen denken? Ik dacht het niet. Het gaat om onze kinderen.”